Significante gevolgen voor het natuurgebied Duinen Den Helder-Callantsoog niet uitgesloten.

Casus

Het plan voorziet in de ontwikkeling van vijf grondgebonden woningen en een appartementengebouw op een afstand van ongeveer 60 m van het Natura 2000-gebied Duinen Den Helder-Callantsoog. Uit de Aerius-berekening volgt dat de voorziene ontwikkeling leidt tot een tijdelijke toename van stikstofdepositie van 0,42 mol/ha/jaar in de bouwfase en een toename van 0,04 mol/ha/jaar in de gebruiksfase.

Rechtsvraag

Is op grond van objectieve gegevens uitgesloten dat het plan significante gevolgen voor het natuurgebied heeft?

Uitspraak

De voorzieningenrechter is van oordeel dat de raad met een algemene toelichting en gelet op de aard en omvang van de beoogde ontwikkeling in dit geval onvoldoende inzichtelijk heeft gemaakt dat op grond van objectieve gegevens kan worden uitgesloten dat het plan significante gevolgen heeft voor het natuurgebied Duinen Den Helder-Callantsoog. De raad heeft niet inzichtelijk gemaakt waarop de stelling dat de berekende toenames van de stikstofdepositie verwaarloosbaar klein zijn – in het bijzonder voor het stikstofgevoelige habitattype Duinbossen (droog), berken-eikenbos – is gebaseerd. De raad heeft evenmin inzichtelijk gemaakt op welke wijze de instandhoudingsdoelstellingen van het natuurgebied zijn betrokken bij de beantwoording van de vraag of significante gevolgen uitgesloten kunnen worden. Anders dan in de uitspraak van de Afdeling van 22 april 2020, ECLI:NL:RVS:2020:1110, waarin is overwogen dat de raad – mede in aanmerking genomen dat de stikstofdepositiebijdrage gering en tijdelijk is – voldoende heeft gemotiveerd dat en waarom uitgesloten is dat de realisering van een enkele woning significante gevolgen heeft, is in dit geval zowel in de aanlegfase als in de gebruiksfase sprake van een toename. Overigens heeft het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland bij brief van 14 januari 2021 aangegeven dat voor de voorziene ontwikkeling een vergunning op basis van de Wnb is vereist. Gelet op het vorenstaande is het plan vastgesteld in strijd met artikel 2.7 van de Wnb. Voor zover de raad met de verwijzing in de plantoelichting naar de ‘Passende beoordeling stikstofdepositie Pallas-reactor’ die ten behoeve van het bestemmingsplan ‘Pallas-reactor’ is vastgesteld, een beroep doet op artikel 2.8, tweede lid, van de Wnb, volgt de voorzieningenrechter de raad niet in dit standpunt, reeds omdat het voorliggende plan geen zogenoemde één-op-één-inpassing is van het in een Wnb-vergunning toegestane gebruik.

Rechtelijke Instantie : Raad van State
Datum Uitspraak : 01-03-2021
Eclinummer : ECLI:NL:RVS:2021:415
Nelleke Petri