Weekoverzicht uitspraken omgevingsrecht

* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:476: Awb, Wro; vovo, bpl, woningen, bedrijventerrein/VNG-brochure, belemmeringen bedrijfsvoering, brongegevens/geluidproductie, laden en lossen/publiekrechtelijke borging
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:504: Awb, Wm; handhavingsverzoek, dierenpension, procesbelang, hoorzitting/verslaglegging, wijziging bedrijfssituatie, geluidsonderzoek (Rb Gelderland 20/837)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:503: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, bouwen appartementengebouw, zorgvuldige voorbereiding, aanvraag/wijziging van ondergeschikte aard, belangenafweging, woon- en leefklimaat, uitzicht, mogelijkheden bpl, privacy, lichtinval (Rb Midden-Nederland 20/2671)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:481: Awb, Wabo; aanvraag omgevingsvergunning bouwen, vergunning van rechtswege, kantoorgebouw/gebouw creatieve functies, OLO-formulier, bpl, reguliere/uitgebreide procedure, niet tijdig beslissen, ingebrekestelling prematuur (Rb Amsterdam 21/2075)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:505: Awb, Wm; aanwijzing locatie ORAC, restafval, papier en glas, aantasting woon- en leefklimaat, kenbare en deugdelijke motivering/bekendmaking besluit, alternatief, rechtsbijstandsverlener/duurzame taakuitoefening, vergaren inkomsten
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:491: Awb, Wm; afwijzing verzoek handhaving, kunstijsbaan, buiten winterseizoen, energieverbruik, milieuvergunning, Activiteitenbesluit milieubeheer, type B-inrichting, milieuvergunning/niet vervallen of ingetrokken, overgangsrecht, zorgplicht, maatwerkvoorschriften (Rb Noord-Holland 21/881)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:494: Awb, Wro; bpl met verbrede reikwijdte, bedrijventerrein, transformatie/woon-werkgebied, monitoring en verslaglegging, wijziging standpunt, bouwregels, afstand perceelsgrens, logiesaccommodatie, water, exploitatieplan, taxatiewaarde gronden, beoordeling taxatierapport, deskundigheid taxateur, geveltaxatie, gebruiks- en complexwaarde, referenties, tussenuitspraak
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:493: Awb; schadevergoeding, intrekken parkeervergunning, onrechtmatig besluit, parkeren/gemaakte kosten, onderbouwen schade appellant, bank/niet verstrekken rekeningafschriften, onderbouwen en toelichten schadeberekening, burgerlus/tussenuitspraak (Rb Amsterdam 20/1337)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:485: Awb, Wro, Wgh; bpl en besluit HGW, ontvankelijkheid/Varkens in nood, gewijzigde feiten en omstandigheden/niet instellen beroep, belanghebbende, transformatie/woon-werkgebied, verkeer, parkeren, voorbereidingsprocedure/wezenlijk ander plan, uitzicht, uitspraak na eerdere uitspraak
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:500: Awb, Wabo, Gmw, Wm; handhavingsverzoek, bpl, metaalbewerkingsbedrijf, aannemersbedrijf, categorie 2/Staat van Bedrijfsactiviteiten, feitelijk gebruik/KVK-registratie (Rb Gelderland 20/6384)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:498: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, invordering, recreatiewoningen, controlerapporten/verklaringen, bijzondere omstandigheden, huurovk/verbod, matigen (Rb Noord-Holland 21/1368)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:497: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, bouw woningen, mogelijkheid gebruik bpl, parkeren berm/blokkeren toegang, landschappelijke waarde (Rb Noord-Holland 21/1435)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:484: Awb, Woningwet; vergunning kamerbewoning, huisvestingsverordening, evenwicht straat, woonmilieu, leefbaarheid buurt, onderbouwing schaarste/specificatie wijkniveau, motivering achteraf, meersgezinswoningen/middensegment (Rb Rotterdam 21/3617)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:502: Awb, Wabo, Gmw; afwijzing handhavingsverzoek, opslag kuilgrasbalen, bpl/functieaanduiding, niet tijdig beslissen/ingebrekestelling prematuur (Rb Gelderland 20/4859)
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:482: Awb, Wro; inpassingsplan, omgevingsvergunning, gecoördineerde voorbereiding, ondergrondse hoogspanningsverbinding, ontvankelijkheid/Varkens in nood, kerncentrales, waarborgingsbeleid kernenergie/Barro, alternatief/natuurgebied
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:499: Awb, Wegenverkeerswet 1994; opheffing afsluiting verkeersborden, landbouwverkeer, trillingsonderzoek, representatieve metingen, SBR Richtlijn B/streefwaarden, evenredigheid, vaststellingsovereenkomst, gelijkheidsbeginsel, uitspraak na eerdere uitspraak
* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:480: Awb, Wegenverkeerswet 1994; breedtebeperking, ambtshalve beoordeling rechtbank, gemeente/college van B&W, artikel 6:13 Awb, ambtshalve beoordeling bestuursrechter, beoogd bezwaar maken namens gemeente/omstandigheden van het geval (Rb Oost-Brabant 22/166)
* Rechtbank Amsterdam 8 februari 2023, ECLI:NL:RBAMS:2023:568: Sr, Wed, Wabo, Waterwet, Wbb; stofverspreiding, afvalwater, geuroverlast, overtreding vergunningvoorschriften/toerekening rechtspersoon, opzet, bedrijfsriolering oppervlaktewaterlichaam, Roza-slakken, schuimlaag/pulp, straf/geldboete
* Rechtbank Gelderland 8 februari 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:614: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, bewoning bedrijfswoning, mandaat, overtreding/bpl, vertrouwensbeginsel, bob/impliciete verzwaring last, invordering
* College van Beroep voor het bedrijfsleven 7 februari 2023, ECLI:NL:CBB:2023:53: Awb, Msw; afwijzing schadevergoeding, fosfaatrecht, onrechtmatige besluitvorming, toerekening, onderzoeksplicht, benodigde bewijsstukken/bezwaarfase
* Rechtbank Noord-Nederland 6 februari 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:323: Awb, TwG, BW; mijnbouwschade, schadevergoeding, bewijsvermoeden, SBR Trillingsrichtlijn A, gelijkheidsbeginsel/verzwaarde motiveringsplicht, zettingen/logaritmische schaal, herstelmethodieken/herstelkosten
* Rechtbank Midden-Nederland 6 februari 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:402: Awb, Waterwet; projectplan, vegetatielegger, geschikt middel, model, belang natuur, hoogwaterveiligheid, plannen of overeenkomsten, Vlaamse verdragen, Wnb/plan, voortoets, kartering, ooibos
* Rechtbank Noord-Holland 3 februari 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:564: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, omzetten bedrijfspand/woningen, beleidsregels
* Hoge Raad 3 februari 2023, ECLI:NL:HR:2023:134: Awb; cassatie in belang der wet, dwangsommenregeling Awb, artikel 4:17 Awb/voor bezwaar vatbare beschikking, wetsgeschiedenis, Circulaire Wet dwangsom, bevoegdheid burgerlijke rechter
* Rechtbank Gelderland 3 februari 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:563: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, plaatsen stacaravans, strijd bpl, overtreding, concreet zicht op legalisatie, bijzondere omstandigheden/bouwvrijstelling, reeds verleende omgevingsvergunning, realisatie project, evenredigheid
* ABRvS 3 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:432; Awb, Wro; vovo en kortsluiten, bpl, vijf woningen, gewekte verwachtingen, private afspraken, motivering/verwijzing toelichting vernietigde plan, uitvoerbaarheid/breedte kavels, parkeren/afwijkingsmogelijkheid parkeernorm, exploitatieplan, uitspraak na eerdere uitspraak
* Rechtbank Oost-Brabant 2 februari 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:444: Awb, Wro; tegemoetkoming in planschade, veehouderij, rechtstreeks werkende regels provinciale verordening/bpl, bevoegdheid, moment aanvraag bepalend, stalderingsregeling, abstracte beoordeling, weigeringsgrond/indienen aanvraag omgevingsvergunning, Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 1 februari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:587: BW; onrechtmatig handelen, zorgplicht, bespuiten, broccolivelden, windrichting, voorzorgsmaatregelen, ander middel/niet spuiten, causaal verband, hoogte schade/gemotiveerd verweer, deskundigenbericht, minnelijke regeling
* Rechtbank Oost-Brabant 1 februari 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:424: Awb, Wm; wijziging maatwerkvoorschriften, geluid, metaalinzameling, -opslag en -verwerking, handhavingstraject, akoestisch onderzoek, meer geluidruimte, hinder, maximale geluidsniveau, geluidsscherm/Handreiking meten en rekenen industrielawaai
* Rechtbank Overijssel 1 februari 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:354: Awb, Wabo; omgevingsvergunning veranderen bedrijf/alleen geitenhouderij, belanghebbende, statutaire doelstellingen/feitelijke werkzaamheden, stikstofdepositie/relativiteitsvereiste, inspraak/Verdrag van Aarhus, onjuiste publicatie/Verdrag van Aarhus en EVRM, bodem- en luchtvervuiling, lawaai, geen bouwactiviteiten
* Rechtbank Amsterdam 1 februari 2023, ECLI:NL:RBAMS:2023:446: BW; onrechtmatige hinder, geluidoverlast honden, normen Activiteitenbesluit milieubeheer, Handleiding Meten en Rekenen Industrielawaai, treffen maatregelen, schadevergoeding
* Rechtbank Rotterdam 1 februari 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:600: Sr, WED, Wm; treinstellen, restauratiewerkzaamheden, zorgplichtbepaling, Wm, REACH, beroepshalve, chroom 6, algemene bekendheid/stoffen schadelijk voor de mens, medeplegen
* Rechtbank Rotterdam 1 februari 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:601: Sr, WED, Wm; treinstellen, restauratiewerkzaamheden, zorgplichtbepaling, Wm, REACH, beroepshalve, toerekening, kleurloos opzet, nauwe en bewuste samenwerking
* Rechtbank Den Haag 1 februari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:728: BW; woning, dwaling, non-conformiteit, bodemverontreiniging/normaal gebruik, koper, zink en nikkel/acute saneringsplicht, asbest/verwijderen met spoed
* Rechtbank Gelderland 1 februari 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:493: Awb, Wabo; omgevingsvergunning woon- en zorggebouw, belanghebbende, peil/hoofdingang, goothoogte, bebouwingspercentage, woon- en leefmilieu, natuur/niet aanhaken, verkeer, parkeren, geluid
* Rechtbank Noord-Nederland 31 januari 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:352: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen, afwijken bpl en milieu/verlengen ligboxenstal, omgevingsvergunning bouwen/drie sleufsilo’s, belanghebbende, statutaire doelomschrijving, feitelijke werkzaamheden, vvgb, aanvraag Wnb-vergunning, uitleg bpl, bouwperceel, toename ammoniakemissie, dakhelling, ontsluiting
* Parket bij de Hoge Raad 31 januari 2023, ECLI:NL:PHR:2023:113: WED, Waterwet, Wm; stoffen oppervlaktelichaam, granuliet, Activiteitenbesluit milieubeheer, visuele verontreiniging, Dakdekkerverweer, technisch onderzoek, percolaat, vrijstellingen Waterwet, toerekening rechtspersoon (Gerechtshof Amsterdam 11 november 2021, ECLI:NL:GHAMS:2021:3498)
* Rechtbank Gelderland 31 januari 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:447: Awb, Wabo; gedeeltelijke verlening omgevingsvergunning, paardenbak/lichtmasten, binnenplanse afwijkingsbevoegdheid, uitleg bpl
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 27 januari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:576: Awb, Wabo; omgevingsvergunning afwijken bpl, bedrijfsruimte/plantenkwekerij, gebruiksbepalingen bpl, binnenplanse afwijkingsbevoegdheid, doelmatige bedrijfsvoering
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 27 januari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:568: Awb, Wabo; omgevingsvergunning ombouwen winkel/vijf appartementen, reguliere procedure/uov, voorbereidingsbesluit/moment indienen aanvraag, bpl, parkeernormen, stedenbouwkundige bepalingen/Reparatiewet BZK 2014
* Rechtbank Limburg 27 januari 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:651: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, invordering, strijd bpl/permanente bewoning recreatiewoning, overtreding, inschrijving BRP/controlerapport, bijzondere omstandigheden
* Rechtbank Limburg 27 januari 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:650: Awb, Wabo; omgevingsvergunning realiseren appartementen, afwijken bpl, ladder voor duurzame verstedelijking/kruimelgevallenregeling, parkeren, berekening parkeerbehoefte, vertrouwensbeginsel, uitleg vergunning, relativiteitsvereiste
* Rechtbank Limburg 27 januari 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:649: Awb, Gmw; weigering handhaving warmtepomp, APV, geluidsoverlast, normering Activiteitenbesluit milieubeheer, Handreiking industrielawaai en vergunningverlening, typering gebied, normering Bouwbesluit, geluidmeting
* Rechtbank Den Haag 26 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:732: Awb, Wabo; vovo en kortsluiten, omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, veranderen berging atelier, artikel 7:11 Awb/herroepen primaire besluit, bekendmaking, beleidsregels/afwijken, ambtshalve toepassing/onevenredige uitkomst, horen, belangenafweging
* Rechtbank Limburg 26 januari 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:618: Awb, Wabo; vovo en kortsluiten, omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, kantoor/zelfstandige woningen, ruimtelijke impact, maten parkeerplaatsen/CROW, fietsparkeren, brandveiligheid/relativiteitsvereiste
* Rechtbank Gelderland 26 januari 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:406: Awb, Wabo; omgevingsvergunning afwijken bpl en milieu, diervoeder, luchtkwaliteit/gebruik walstroom, geluid/geluidverkaveling, geur, koude plasma-oxidatie unit, geurverwijderingsrendement, BBT, cumulatieve geurbelasting
* Rechtbank Oost-Brabant 26 januari 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:360: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en milieu, Cathode Ray Tube/beeldbuis, bunkerhal en demontagestation, passende verwerking/Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, fluorescentiepoeder, Richtlijn nr. 2012/19/EU, sectorplan 71 LAP 3, evenredigheid
* Rechtbank Rotterdam 25 januari 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:576: BW; dwaling, bedrog, onrechtmatig handelen, bodemverontreiniging, verjaring
* Rechtbank Amsterdam 24 januari 2023, ECLI:NL:RBAMS:2023:280: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en wijzigen rijksmonument, onlosmakelijke activiteiten, gewenste toekomstige gebruik/bpl
* Rechtbank Midden-Nederland 24 januari 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:189: Awb, Wabo; vovo en kortsluiten, kapvergunning, kappen en verplanten bomen, APV, bouwrijp maken grond/bouw woningen, belangenafweging, motie/verhouding raad en college, herplantplicht, voorbarig/bpl nog niet onherroepelijk
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 24 januari 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:508: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouw garage en tuinmuur, uitleg bpl, bouwperceel, bebouwingspercentage, herbouwplicht, adviezen welstandscommissie, baksteensoort, halfsteensverband, zelf in de zaak voorzien/vergunningvoorschrift, einduitspraak na tussenuitspraak
* Rechtbank Den Haag 23 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:827: Awb, Gmw; exploitatievergunning, horeca, bpl, horecacategorie, gebruiksovergangsrecht
* Rechtbank Den Haag 20 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:544: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning afwijken bpl, parkeren binnenterrein school, goede bereikbaarheid openbaar vervoer, (geluids)overlast
* Rechtbank Den Haag 19 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:318: Awb, Wabo; omgevingsvergunning afwijken bpl, terrassen bij horecagelegenheid, kruimelgevallenregeling, beleidsregel/terrasvergunning, evenredigheid
* Rechtbank Den Haag 19 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:317: Awb, Wm; afwijzing verzoek maatwerkvoorschriften, Activiteitenbesluit milieubeheer, ijssalon, geluid, bpl/onherroepelijk, lagere geluidnorm/bijzondere omstandigheden, technische voorziening, gedragsregel, handhaving, terras/omsloten door bebouwing, geur- en trillingen
* Rechtbank Den Haag 18 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:931: BW; onrechtmatige daad, fosfaatrechten, overschrijding beslistermijn, knelgevallenregeling/geen wettelijke beslistermijn, Awb/redelijke termijn, aanvullende stukken
* Rechtbank Noord-Nederland 18 januari 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:325: Awb, TwG, BW; mijnbouwschade, waardedaling, methode van Atlas, beleidsregel, bevingssnelheid, zaakschade, concrete berekening/abstracte schadebegroting, WOZ-waarde, bijzondere omstandigheden
* Rechtbank Den Haag 18 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:446: Awb, Wabo; omgevingsvergunning kappen twee bomen, Nordmann-spar en Sequoiadendro, omvang boom, blad- en naaldoverlast, groeit door schutting, schaduwhinder, afname bezonning, geldigheid/moment onherroepelijk worden
* Rechtbank Den Haag 13 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:739: Awb; handhavingsverzoek rookverspreiding pizzaoven, procesbelang/ontmanteling oven, proceskostenveroordeling, bijzondere omstandigheid/tegemoetkomen, schade, overschrijding redelijke termijn
* Rechtbank Overijssel 12 januari 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:88: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning uitvoeren van een werk, herinrichten openbaar gebied, bpl/weigeringsgronden, limitatief-imperatief stelsel
* Rechtbank Den Haag 11 januari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:738: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, tijdelijke paardenbak, erftoegangsweg, richtlijnen CROW, verkeerstellingen, verkeersveiligheid, geurhinder, vliegenoverlast, Activiteitenbesluit milieubeheer, parkeerbehoefte/geen beperkingen in voorschriften, parkeerdruk, tussenuitspraak
* Rechtbank Oost-Brabant 23 december 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:5673: Awb, Wabo; omgevingsvergunning kappen bomen, intrekking bestreden besluit, schade/belang, individuele beoordeling, einduitspraak na tussenuitspraak
* Rechtbank Amsterdam 21 december 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:8085: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen, afwijken bpl en wijzigen rijksmonument, telecominstallatie/dak gebouw, gemeentelijk beleidskader/bijzondere omstandigheden, netwerk/onvoldoende dekking, zienswijze, zorgvuldigheidsbeginsel, fair play, gezondheidsrisico’s
* Rechtbank Amsterdam 20 december 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:8021: Awb, Wabo; omgevingsvergunning uitbouw, beleidsregels, alternatief, privacy, gebruiksmogelijkheden, evidente privaatrechtelijke belemmering
* Rechtbank Amsterdam 20 december 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:8020: Awb, Wabo; omgevingsvergunning afwijken bpl, kinderdagverblijf, luchtkwaliteit, hoorzitting/verslaglegging, plantoelichting, negatief advies GGD, verkeer, relativiteitsvereiste
* Rechtbank Oost-Brabant 15 december 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:5461 en Rechtbank Oost-Brabant 15 december 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:5462: Awb, Waterwet; viswedstrijden, lozen lood oppervlaktewater, aanvraag, onvoldoende specifiek, klaarblijkelijke dreiging overtreding, reglement/toezicht, lozingsvergunning
* Rechtbank Midden-Nederland 18 november 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4694: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, bedrijfsgebouw/kantoorruimte, provinciale verordening, vestigingsmogelijkheden gerealiseerde kantoren, plancapaciteit, ladder voor duurzame verstedelijking, voorgenomen gebruik, parkeren/CROW-norm, voorschrift/inpandig parkeren, einduitspraak na tussenuitspraak
* Rechtbank Midden-Nederland 18 november 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4657: Awb, Wabo; buiten behandeling stellen aanvraag, plaatsen schoorsteen/energieleverancier, uitleg bpl, bouwregels/wijze van meten, termijn aanlevering stukken, Bibob-informatie, evenredigheid
* Rechtbank Midden-Nederland 9 november 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4470: Awb, Gmw; handhavingsverzoek, overlast studentenhuis, APV, geluidsoverlast, ernstige en herhaaldelijke hinder, geschikt middel
* Rechtbank Midden-Nederland 4 november 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4538: Awb, Wabo, omgevingsvergunning bouwen en uitweg maken, verdieping met kap, goothoogte/kennelijk misslag bpl, evenredigheid, welstand, milieucategorie, APV/openbaar groen
* Rechtbank Amsterdam 2 november 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:8088: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, preventieve lod, vellen houtopstand/omgevingsvergunning, verwijderen schors bast, zienswijze/spoedeisendheid, discriminatie, overschrijding redelijke termijn
* Rechtbank Midden-Nederland 25 oktober 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4327: Awb, Wvg; voorkeursrecht, belanghebbende, zakelijk recht/eigendom, toegedachte bestemming, haalbaarheid bouwplannen, belangenafweging
* Rechtbank Midden-Nederland 25 oktober 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4328: Awb, Wvg: voorkeursrecht, heroverweging/bezwaargronden, toegedachte bestemming, haalbaarheid bouwplannen, belangenafweging
* Rechtbank Amsterdam 25 oktober 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:8090: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, schuur laten gebruiken/kantoor, strijd bpl, overtreding, bijzonder omstandigheden, evenredigheid, invordering, rapport van bevindingen
* Rechtbank Midden-Nederland 4 oktober 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4673: Awb, Wabo; vovo, bezwaar/niet-ontvankelijk, bekendmaking, publicatie, verschoonbaar
* Rechtbank Midden-Nederland 3 oktober 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4100: Awb, Wegenwet; onttrekken voetpad, belanghebbende, gevolgen van enige betekenis, zicht/afstand
* Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba 23 augustus 2022, ECLI:NL:OGHACMB:2022:234: BW; kort geding, erfpacht, vertrouwensbeginsel
* Rechtbank Midden-Nederland 28 september 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4360: Awb, Gmw; exploitatievergunning, gemeentelijke horecaverordening, horeca/begane grond en (werf)kelder, uitleg bpl, restaurant, finedining-concept, woon- en leefklimaat/op ontoelaatbare wijze beïnvloed, geluidoverlast
* Rechtbank Midden-Nederland 23 september 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4496: Awb, Wabo; intrekking omgevingsvergunning afwijken bpl, woonruimte, concrete bezwaargronden, volledige heroverweging, gewijzigde inzichten, belang intrekking/belang behoud omgevingsvergunning, belangenafweging
* Rechtbank Amsterdam 20 juli 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:4590: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, sportschool, strijd bpl, procesbelang/schade, voortijdige beëindiging huurovereenkomst, overtreding, uitleg bpl/maatschappelijke voorzieningen, bedoeling planwetgever/plansystematiek, concreet zicht op legalisatie, evenredigheid, begunstigingstermijn, vertrouwens- en gelijkheidsbeginsel, hoogte dwangsom
* Rechtbank Amsterdam 15 maart 2022, ECLI:NL:RBAMS:2022:1626: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning afwijken bpl, sportschool, uitleg bpl/plansystematiek, goede ruimtelijke ordening/klachten omwonenden geluid, kleinschalig bedrijventerrein, ligging nabij woonwijk

 

# = betrokkenheid STAB

! = (nog) niet gepubliceerd

Bijzondere overwegingen

* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:494: Awb, Wro; bpl met verbrede reikwijdte, bedrijventerrein, transformatie/woon-werkgebied, monitoring en verslaglegging, wijziging standpunt, bouwregels, afstand perceelsgrens, logiesaccommodatie, water, exploitatieplan, taxatiewaarde gronden, beoordeling taxatierapport, deskundigheid taxateur, geveltaxatie, gebruiks- en complexwaarde, referenties, tussenuitspraak
16.2. Bij de beoordeling van een taxatie is het volgende van belang. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (zie de uitspraak van 12 juni 2013, ECLI:NL:RVS:2013:CA2862, onder 17.5), dwingt artikel 6.13 van de Wro gelezen in verbinding met de artikelen 40b tot en met 40f van de onteigeningswet niet tot het hanteren van de ene dan wel de andere taxatiemethode. Welke methode in een concreet geval wordt gebruikt, staat ter beoordeling van de onafhankelijke taxateur. Indien en voor zover toepassing van de ter beschikking staande methoden naar diens deskundig oordeel niet mogelijk is of op zichzelf niet tot een juiste waardering leidt, zal de onafhankelijke taxateur diens taxatie (mede) mogen baseren op zijn kennis, ervaring en intuïtie. De maatstaf bij de te verrichten toetsing is niet de eigen raming door de rechter van de waarde van de gronden in het exploitatiegebied en de waarde van de opstallen die in verband met de exploitatie van de gronden moeten worden gesloopt, maar de vraag of grond bestaat voor het oordeel dat het bestuursorgaan, gelet op de wijze van totstandkoming en/of de inhoud van de taxatie van de door het bestuursorgaan ingeschakelde onafhankelijke taxateur, waaronder de motivering daarvan, zich bij de besluitvorming niet redelijkerwijs op dat deskundigenoordeel heeft kunnen baseren. De besluitvorming dient te voldoen aan de eisen die het recht aan de zorgvuldigheid en de motivering stelt. De rechter dient de besluitvorming daaraan te toetsen.
16.3. Wanneer het betoog van een appellant de specifieke deskundigheid van de taxateur raakt, kan het betreffende onderdeel van het taxatierapport in beginsel slechts gemotiveerd bestreden worden met een tegenrapport van een onafhankelijke taxateur waaruit blijkt dat het taxatierapport op het bedoelde onderdeel onjuist is (vergelijk de uitspraken van 24 november 2021, ECLI:NL:RVS:2021:2645, 21 juni 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1635, en 28 januari 2015, ECLI:NL:RVS:2015:187).Voorbeelden van betogen die de specifieke deskundigheid van taxateurs raken zijn betogen die er toe strekken dat de getaxeerde inbrengwaarden onjuist zijn, bijvoorbeeld omdat een meer voor de hand liggende taxatiemethode niet of niet juist is gehanteerd, ter zake in aanmerking genomen vergelijkingstransacties niet representatief zijn, andere vergelijkingstransacties ten onrechte buiten beschouwing zijn gelaten, gehanteerde parameters onjuist zijn, of ten onrechte al dan niet is gecorrigeerd vanwege gewijzigde economische omstandigheden (vergelijk de uitspraken van 19 september 2018, ECLI:NL:RVS:2018:3063, 26 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1155, en 31 oktober 2012, ECLI:NL:RVS:2012:BY1740). Ter onderbouwing van een betoog dat een taxatierapport onjuist is, is het niet voldoende dat het tegenadvies uitsluitend een andere zelfstandige taxatie tegenover de taxatie stelt die is vervat in het aan het exploitatieplan ten grondslag gelegde taxatierapport. Uit zo’n in een tegenrapport vervatte zelfstandige taxatie blijkt nog niet waarom de in het taxatierapport vervatte taxatie onjuist is (vergelijk de uitspraken van 21 juni 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1635, 26 april 2017, ECLI:NL:RVS:2017:1155, en 18 februari 2015, ECLI:NL:RVS:2015:454). Wanneer de taxateur die het taxatierapport heeft opgesteld en de taxateur die het tegenrapport heeft opgesteld verschillende uitgangspunten hanteren en daarom komen tot verschillende conclusies over de hoogte van de inbrengwaarden, is de vraag niet of de door de taxateurs bij de taxatie gehanteerde uitgangspunten verdedigbaar zijn, maar of in het tegenrapport aannemelijk is gemaakt dat de in het taxatierapport gehanteerde uitgangspunten dat niet zijn (vergelijk de uitspraak van 5 februari 2020, ECLI:NL:RVS:2020:376). Ook onvoldoende is een – niet met een tegenrapport, als hiervoor bedoeld, onderbouwd – betoog van een appellant, of diens gemachtigde, dat de specifieke deskundigheid van taxateurs raakt: appellant zelf, of diens gemachtigde in zijn hoedanigheid van gemachtigde, kunnen immers niet als onafhankelijke taxateur worden aangemerkt (uitspraak van 24 november 2021, ECLI:NL:RVS:2021:2645).
20. Wat betreft het betoog van Agrimotel en anderen dat de taxatie niet zorgvuldig heeft plaatsgevonden, omdat enkel een geveltaxatie heeft plaatsgevonden, heeft de raad betoogd dat een geveltaxatie bij de raming van in een exploitatieopzet opgenomen inbrengwaarden gebruikelijk is. Agrimotel en anderen hebben op de zitting van de Afdeling te kennen gegeven dat het uitvoeren van een geveltaxatie bij de vaststelling van exploitatieplannen in beginsel toelaatbaar is. Dat betekent echter, naar het oordeel van de Afdeling, niet dat in alle gevallen bij de raming van inbrengwaarden zonder meer kan worden volstaan met een geveltaxatie. Of daarmee kan worden volstaan hangt onder meer af van de aard en de bestemming van het te taxeren object en van de informatie die beschikbaar is om met het oog op de raming een goed en verantwoord beeld te krijgen van het te taxeren object. Daarbij is bij geveltaxaties in het bijzonder van belang of ten behoeve van de raming voldoende informatie beschikbaar is over de inpandige staat van het gebouw en over eventuele in het gebouw aanwezige, niet vanaf de buitenkant waarneembare voorzieningen, en over de vraag of die staat respectievelijk die voorzieningen een in aanmerking te nemen objectief vast te stellen waardeverlagend dan wel waardeverhogend effect hebben. Ook is van belang of een partij concrete aanknopingspunten voor twijfel aan de bruikbaarheid van de geveltaxatie in het betreffende geval naar voren heeft gebracht.

* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:493: Awb; schadevergoeding, intrekken parkeervergunning, onrechtmatig besluit, parkeren/gemaakte kosten, onderbouwen schade appellant, bank/niet verstrekken rekeningafschriften, onderbouwen en toelichten schadeberekening, burgerlus/tussenuitspraak (Rb Amsterdam 20/1337)
Definitieve beslechting van het geschil
9. In het belang van een spoedige beëindiging van het geschil, ziet de Afdeling geen aanleiding voor terugwijzing van de zaak naar de rechtbank. De Afdeling zal in plaats daarvan zelf op het verzoek van [appellant] beslissen.
10. De Afdeling ziet gelet op de in deze tussenuitspraak besproken omstandigheden, en in het bijzonder de omstandigheid dat ING ondanks herhaalde verzoeken van [appellant] tot de dag van de zitting bij de Afdeling geen rekeningafschriften heeft verstrekt, aanleiding om [appellant] alsnog in de gelegenheid stellen om aan de hand van deze rekeningafschriften binnen acht weken na de verzending van deze tussenuitspraak de berekening van zijn schade nader toe te lichten en te onderbouwen. Daarna zal het college in de gelegenheid worden gesteld om binnen 4 weken te reageren.

*
ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:484: Awb, Woningwet; vergunning kamerbewoning, huisvestingsverordening, evenwicht straat, woonmilieu, leefbaarheid buurt, onderbouwing schaarste/specificatie wijkniveau, motivering achteraf, meersgezinswoningen/middensegment (Rb Rotterdam 21/3617)
3.3. Schaarste moet zorgvuldig worden vastgesteld. Er moet in ieder geval onderscheid worden gemaakt in woningtypes en prijssegmenten. Dit kan aanleiding geven tot vaststelling van schaarste op wijkniveau, afhankelijk van de plaatselijke situatie op de woningmarkt. Een specificatie op wijkniveau is echter geen verplichting op grond van de Hvw. De Afdeling volgt het college dan ook in zijn standpunt dat als voldoende is onderbouwd dat in de hele gemeente sprake is van schaarste aan bepaalde types en segmenten woningen, dit niet nader gespecificeerd hoeft te worden op wijkniveau. Wat Silverstone heeft aangevoerd over gewilde en minder gewilde wijken maakt dit niet anders. Dat in de zaak die heeft geleid tot de uitspraak van 29 april 2020 de schaarste op wijkniveau bepaald diende te worden, komt doordat in de destijds geldende Verordening toegang woningmarkt en samenstelling woningvoorraad 2017 (hierna: de Huisvestingsverordening 2017) en de daarvan deel uitmakende bijlage 4 niet de hele gemeente, maar bepaalde gebieden en, daarbinnen, bepaalde wijken en buurten waren aangewezen als nulquotumgebieden.

* ABRvS 8 februari 2023, ECLI:NL:RVS:2023:480: Awb, Wegenverkeerswet 1994; breedtebeperking, ambtshalve beoordeling rechtbank, gemeente/college van B&W, artikel 6:13 Awb, ambtshalve beoordeling bestuursrechter, beoogd bezwaar maken namens gemeente/omstandigheden van het geval (Rb Oost-Brabant 22/166)
5. Het bezwaar is gemaakt door het college burgemeester en wethouders van Hilvarenbeek. Uit het pro forma bezwaarschrift noch uit het aanvullend bezwaarschrift kan worden afgeleid dat het college heeft beoogd bezwaar te maken namens de gemeente Hilvarenbeek. De Afdeling ziet evenwel in de concrete omstandigheden van het geval aanleiding om aan te nemen dat het college van burgemeester en wethouders van Hilvarenbeek wel heeft beoogd namens de gemeente Hilvarenbeek bezwaar te maken. De burgemeester heeft dit in zijn besluit tot bekrachtiging, als degene die de gemeente in en buiten rechte vertegenwoordigt (vergelijk artikel 171, eerste lid, van de Gemeentewet), tot uitdrukking gebracht. Verder is het college, gelet op artikel 160, eerste lid, onder e van de Gemeentewet, bevoegd namens de gemeente te besluiten bezwaarprocedures te voeren. Daarnaast zijn zowel de commissie bezwaarschriften in het advies als het college van burgemeester en wethouders van Reusel-De Mierden in de beslissing op bezwaar van 1 december 2021 er van uit gegaan dat het bezwaar door de gemeente Hilvarenbeek is ingediend. Voor het college van burgemeester en wethouders van Reusel-De Mierden was daarom duidelijk dat met het bezwaarschrift beoogd was om namens de gemeente Hilvarenbeek bezwaar te maken. Vergelijk de uitspraak van 22 juli 2009, ECLI:NL:RVS:2009:BJ3374 r.o. 2.1 en 2.2.

* Hoge Raad 3 februari 2023, ECLI:NL:HR:2023:134: Awb; cassatie in belang der wet, dwangsommenregeling Awb, artikel 4:17 Awb/voor bezwaar vatbare beschikking, wetsgeschiedenis, Circulaire Wet dwangsom, bevoegdheid burgerlijke rechter
3.2.3 De dwangsomregeling van art. 4:17 e.v. Awb is van toepassing op iedere beschikking op een aanvraag in de zin van art. 1:3 lid 3 Awb. Het verzoek van [X] van 15 oktober 2019 is zo’n aanvraag. Uit art. 4:17 Awb volgt niet dat deze bepaling alleen betrekking heeft op besluiten in de vorm van een voor bezwaar vatbare beschikking. De wetsgeschiedenis geeft ook geen aanwijzing dat de wetgever een dergelijke beperking heeft gewenst. In dit verband komt geen betekenis toe aan de in het vonnis van de kantonrechter genoemde ‘Circulaire Wet dwangsom’.1 Dit document, dat tot stand is gekomen na de inwerkingtreding van de art. 4:17 tot en met 4:20 Awb, kan niet worden geacht uitdrukking te geven aan hetgeen de wetgever bij de totstandkoming van die artikelen voor ogen heeft gestaan.
3.2.5 De burgerlijke rechter is bevoegd kennis te nemen van vorderingen waaraan de eiser ten grondslag legt dat jegens hem een onrechtmatige daad is gepleegd, ook indien deze daad bestaat in handelen of nalaten van de overheid. Aan deze in art. 112 lid 1 Grondwet aan de burgerlijke rechter toegekende bevoegdheid tot kennisneming van het geschil staat de omstandigheid dat ook de bestuursrechter daartoe bevoegd is niet in de weg. Wel brengt die omstandigheid mee dat de burgerlijke rechter de eiser of verzoeker in diens vordering of verzoek niet-ontvankelijk moet verklaren indien de bestuursrechtelijke procedure ter zake van het geschil voldoende rechtsbescherming biedt.2
3.2.6 Voor niet-ontvankelijkverklaring op de hiervoor in 3.2.5 bedoelde grond was in de door [X] aanhangig gemaakte procedure geen plaats. Aangezien haar verzoek om toekenning van een dwangsom betrekking had op een niet voor bezwaar vatbare beschikking, brengt art. 4:19 lid 1 Awb mee dat de bestuursrechter geen oordeel kon geven over het niet-nemen van een dwangsombeschikking.3

* Rechtbank Oost-Brabant 2 februari 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:444: Awb, Wro; tegemoetkoming in planschade, veehouderij, rechtstreeks werkende regels provinciale verordening/bpl, bevoegdheid, moment aanvraag bepalend, stalderingsregeling, abstracte beoordeling, weigeringsgrond/indienen aanvraag omgevingsvergunning, Brabantse Zorgvuldigheidsscore Veehouderij
4.2 De rechtbank is van oordeel dat het college bevoegd is om op het verzoek om tegemoetkoming in planschade van eiseres te beslissen en dat het moment van het indienen van de aanvraag hiervoor bepalend is en niet het moment van het nemen van het bestreden besluit. In de eerste plaats zou het voor eiseres niet praktisch zijn als zij door een enkel tijdsverloop een verzoek om tegemoetkoming niet meer kan indienen bij het college maar opnieuw zou moeten beginnen met een verzoek aan B&W (en opnieuw leges verschuldigd zou zijn). Uit oogpunt van een goede en effectieve rechtsbescherming acht de rechtbank dit niet alleen onpraktisch maar ook onwenselijk. Daarbij komt dat eiseres beperkte invloed heeft op de duur van de behandeling van het verzoek om tegemoetkoming. Ten tijde van het verstrijken van de officiële beslistermijn op het verzoek om tegemoetkoming (8 weken) was het bestemmingsplan “Gemert-Bakel Buitengebied 2017” nog niet in werking getreden. Een neveneffect is ook dat door enkel tijdsverloop de peildatum voor het bepalen van de planschade buiten toedoen van eiseres zou kunnen verschuiven (van het moment van inwerkingtreding van de VR 2014 naar het moment van inwerkingtreding van het bestemmingsplan). De rechtbank merkt hierbij volledigheidshalve op dat eiseres nooit in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming in dezelfde schade (de schade door een weigeringsgrond in de VR 2014 op grond van artikel 4.1, derde lid, van de Wro en de schade door een bestemmingsplan in overeenstemming met de VR 2014). Tot slot was op het moment van het nemen van het bestreden besluit het desbetreffende bestemmingsplan niet in overeenstemming met de stalderingsregeling in de VrNB en vindt de rechtbank het niet wenselijk en niet praktisch dat één verzoek om een tegemoetkoming in planschade moet worden gesplitst in twee verzoeken, met afzonderlijke schadeoorzaken waarop door twee bestuursorganen wordt besloten. Daarbij merkt de rechtbank op dat haar oordeel alleen betrekking heeft op het geval dat de gestelde schadeoorzaken regels als bedoeld in artikel 4.1, derde lid, van de Wro zijn, afkomstig van dezelfde provincie. Over andere gevallen laat de rechtbank zich met deze uitspraak dus niet uit.
6.3 De rechtbank stelt vast dat artikel 35, derde lid, van de VrNB vanaf het moment van inwerkingtreding eiseres verplicht een stalderingsbewijs aan te vragen als zij haar hokdierhouderij wil uitbreiden. Dat hoefde eerst niet. Als geen stalderingsbewijs wordt overgelegd, is verlening van de omgevingsvergunning voor uitbreiding van de hokdierhouderij in strijd met artikel 35, derde lid, van de VrNB en moet deze worden geweigerd op grond van artikel 2.10, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo. Dat maakt het nieuwe, in artikel 35, derde lid, van de Vrnb gegeven beoordelingskader volgens de rechtbank een weigeringsgrond in de zin van artikel 6.1, tweede lid, onder e, van de Wro. Eiseres is daarmee in een planologisch nadeliger positie gekomen. Daarmee legt de rechtbank het begrip weigeringsgrond breder uit dan het college. Het begrip weigeringsgrond omvat dus niet alleen de absolute rechtstreekse verbodsbepalingen. In de uitleg van het college zou eiseres geen enkele mogelijkheid hebben om een tegemoetkoming te krijgen in de schade als gevolg van te maken kosten die zij eerst niet hoefde te maken, namelijk de kosten in verband met het verkrijgen van een stalderingsbewijs en dat vindt de rechtbank niet juist.
6.4 De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat de beantwoording van de vraag of iemand in aanmerking komt voor een tegemoetkoming in geleden planschade, onder de Wro een abstracte beoordeling vergt. Deze beoordeling houdt in dat moet worden nagegaan of de verzoeker om een tegemoetkoming in planschade als gevolg van de wijziging van het planologisch regime in een nadeliger positie is komen te verkeren en ten gevolge daarvan schade lijdt of zal lijden en dat bij de vergelijking van de planologische regimes wordt uitgegaan van een maximale voor eiseres meest ongunstige invulling (vergelijk de uitspraken van de Afdeling van 3 juli 2013 2 en van 28 september 2016 3). Gelet op deze abstracte beoordeling hoeft eiseres voor de beoordeling van een aanvraag om een tegemoetkoming in planschade niet eerst een aanvraag voor een omgevingsvergunning in te dienen om aannemelijk te maken dat de stalderingsregeling daadwerkelijk tot een weigeringsgrond leidt. Evenmin hoeft eiseres te onderbouwen dat zij niet financieel in staat is om de kosten voor het verkrijgen van een stalderingsbewijs te maken.

* Rechtbank Oost-Brabant 26 januari 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:360: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en milieu, Cathode Ray Tube/beeldbuis, bunkerhal en demontagestation, passende verwerking/Regeling afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, fluorescentiepoeder, Richtlijn nr. 2012/19/EU, sectorplan 71 LAP 3, evenredigheid
6.3 De rechtbank is het eens met het college. De bedoeling van de richtlijn is om het vrijkomen van fluorescentiepoeder in het milieu te voorkomen. Bij het kiepen van een CRT-beeldbuis in een container kan deze breken, met als gevolg dat het fluorescentiepoeder, dat zich aan de binnenkant van het scherm bevindt zich verspreid waardoor onbesmette delen van de CRT (bijvoorbeeld de conus of de buitenkant van de beeldbuis) kunnen worden verontreinigd met fluorescentiepoeder. Dan neemt de hoeveelheid verontreinigd CRT-glas toe en daarmee ook het risico op het vrijkomen van het fluorescentiepoeder. De door [eiseres] gekozen werkwijze is minder efficiënt, omdat ook onbesmet CRT-glas kan worden verontreinigd met fluorescentiepoeder door vermenging in de container. [eiseres] blijft verantwoordelijk voor de totale afzondering van beide stromen binnen het proces. [eiseres] heeft met het enkele noemen van een Duitse afnemer die zou zijn erkend met een Weelabex-certificaat niet aannemelijk gemaakt dat zij kan (laten) zorgen voor de totale afzondering van fluorescentiepoeder van CRT-glas. Nu blijft onduidelijk wat het verwijderingsproces bij de Duitse afnemer omvat en wat nu precies is toegelaten door de Duitse milieu-autoriteit. Onder deze omstandigheden heeft [eiseres] onvoldoende aannemelijk gemaakt dat haar werkwijze een passende verwerking is in de zin van bijlage VII van de Richtlijn. Omdat [eiseres] de werkwijze aanvraagt, zal [eiseres] dit wel moeten onderbouwen. ……..
8.3 De rechtbank is van oordeel dat het voorschrift 2.1.1 is gesteld in het belang van de bescherming van het milieu en in zoverre niet in strijd is met artikel 2.22, tweede lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Het college heeft terecht aangegeven dat zijn beoordelingsruimte hierbij beperkt is, gelet op de richtlijn en de Regeling. De mogelijkheid om in kader van evenredigheid andere belangen zwaarder te wegen, is daarom ook beperkt. Het stellen van voorschrift 2.1.1 is noodzakelijk in het belang van de bescherming van het milieu. In het belang van goede arbeidsomstandigheden heeft het college geen aanleiding hoeven zien om voorschrift 2.1.1 achterwege te laten.

* Rechtbank Midden-Nederland 23 september 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:4496: Awb, Wabo; intrekking omgevingsvergunning afwijken bpl, woonruimte, concrete bezwaargronden, volledige heroverweging, gewijzigde inzichten, belang intrekking/belang behoud omgevingsvergunning, belangenafweging
8. De rechtbank volgt het college daarin niet. Het college is bevoegd om op verzoek een omgevingsvergunning in te trekken2 en om een dergelijke intrekking in bezwaar weer ongedaan te maken. De bezwaarschriftprocedure is namelijk een volledige heroverweging van het besluit waartegen bezwaar is gemaakt, naar de feiten en omstandigheden zoals die op dat moment bekend zijn.3 Het college kon dus niet volstaan met de toets of het besluit tot intrekking van de omgevingsvergunning destijds op goede gronden is genomen. Het college heeft in het bestreden besluit verder ten onrechte het standpunt ingenomen dat bij de heroverweging in bezwaar alleen feiten en omstandigheden kunnen worden betrokken die niet bekend waren toen eiseres haar verzoek deed. Die opvatting van het college vindt geen steun in het recht. Dat betekent dat het college eiseres niet kan tegenwerpen dat hij er op basis van de e-mails van eiseres op mocht vertrouwen dat het verzoek om intrekking een weloverwogen beslissing was.
9. Uit het voorgaande volgt dat het college in bezwaar opnieuw had moeten beoordelen of hij de intrekking van de omgevingsvergunning ongedaan wil maken. Daarbij had het college moeten betrekken dat eiseres na haar verzoek van gedachte is veranderd en tot het inzicht is gekomen dat zij een fout heeft gemaakt door het college te verzoeken de omgevingsvergunning in te trekken. Het college had daarbij een afweging moeten maken tussen het belang van eiseres bij de omgevingsvergunning, het belang van het college en het algemeen belang bij het in stand laten van de intrekking.
10. Die belangenafweging van het college had in het voordeel van eiseres moeten uitvallen. Het staat namelijk vast dat het eigen verzoek van eiseres de enige reden was voor het college om de omgevingsvergunning in te trekken. Het is dus niet waarschijnlijk dat belangen van derden worden geschaad als het college terugkomt op het besluit om de omgevingsvergunning in te trekken en eiseres weer beschikt over de omgevingsvergunning. Het college ondervindt daar ook geen nadeel van, want hij heeft immers zelf de omgevingsvergunning verleend. Het college heeft hierover op de zitting nog toegelicht dat hij bang is dat de woning illegaal door twee huishoudens bewoond zal worden, maar dat speelt geen rol bij de beoordeling van de vraag of de intrekking ongedaan gemaakt moet worden. Tijdens de zitting is ook met het college gesproken over zijn standpunt dat de bezwaarschriftprocedure niet bedoeld is voor de situatie dat iemand zich bedenkt en dat dit een te grote last voor bestuurlijke procedures zou vormen. Het college heeft hierover op zitting verklaard dat het niet vaak voorkomt dat iemand verzoekt om een omgevingsvergunning in te trekken en hier vervolgens op terug komt. Alleen al daarom kan dit geen reden zijn om de intrekking in stand te laten. Gelet op het voorgaande is het niet aannemelijk dat het college en derden nadelen ondervinden als eiseres weer zou beschikken over de omgevingsvergunning.
11. Voor eiseres zijn er wel nadelen als de intrekking van de omgevingsvergunning in stand blijft. Eiseres heeft op de zitting toegelicht dat de begane grond van de woning nu niet wordt gebruikt. Als eiseres weer beschikt over de omgevingsvergunning kan de begane grond in ieder geval als woonruimte gebruikt worden. Daarnaast heeft het college in het bestreden besluit en op de zitting toegelicht dat het de vraag is of op basis van de huidige wettelijke kaders opnieuw aan eiseres een omgevingsvergunning zou kunnen worden verleend om de begane grond van de woning aan de [adres] als woonruimte te gebruiken. De kans is dus klein dat eiseres bij een nieuwe aanvraag alsnog een omgevingsvergunning zou kunnen krijgen. Onder deze omstandigheden zijn de nadelige gevolgen van het instandlaten van het besluit om de omgevingsvergunning in te trekken voor eiseres onevenredig in verhouding tot de met dat besluit te dienen doelen. De beroepsgronden van eiseres over het bestreden besluit slagen.