Weekoverzicht uitspraken omgevingsrecht

* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1639: Awb, Wro; herstelbesluit, exploitatieplan, inbrengwaarde, taxatie, gewijzigde feiten en omstandigheden, peildatum, Onteigeningswet, bestemming sport, eliminatie, bestuursovereenkomst, referentietransacties, einduitspraak na tussenuitspraak
# ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1656: Awb; ligplaatsvergunning, maatvoeringeis, hoogte woonschip, slibaanwas, brandveiligheid (rb Noord-Nederland 19/191)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1653: Awb; handhaving, lachgas, lawaai, ventverbod APV (rb Amsterdam 20/1282)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1660: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, uitbreiding activiteiten, opfokgeiten, omgevingsverordening, Activiteitenbesluit (rb Gelderland 19/7121)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1651: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, hekwerk, alpaca’s, begrip agrarisch gebruik, Activiteitenbesluit, woon- en leefklimaat, uitzicht (rb Oost­Brabant 20/2110)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1627: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, erfafscheiding, veranda, berging, belanghebbendheid (rb Noord­Nederland 20/2772)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1626: Awb, Wro; bpl, overdekking recyclepunt, herstelbesluit, einduitspraak na tussenuitspraak
# ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1665: Awb, Wbb; bodemsanering, voormalig tankstation, evaluatieverslag, stabiele eindsituatie, peildatum, humane risico’s, saneringsdoelstelling, Circulaire Bodemsanering 2013, restverontreiniging
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1657: Awb, Wro; bpl, brug, planbegrenzing, uov, cultuurhistorische en beeldbepalende waarden, groenbestemming, erfgoednota
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1630: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, verbouwing pand, supermarkt, strijd met bpl, welstand, procesbelang (rb Rotterdam 20/3832 en 20/3828)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1628: Awb, Wro; bpl, verkeersbesluit, busbaan, 30 km/uur, einduitspraak na tussenuitspraak
# ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1664: Awb, Wro, Wnb, Wgh, Waterwet; inpassingsplan, vergunningen, ontheffingen, behoefte railterminal, containeroverslagpunt, CO2-uitstoot, werkgelegenheid, uitvoerbaarheid, verkeersgeneratie- en afwikkeling, verkeersveiligheid, akoestisch onderzoek, bronvermogen stapelen containers, elektrische portaalkranen, geluidbelasting, cumulatie, relativiteitsvereiste, AERIUS-berekening, luchtkwaliteit, diesellocomotieven, stikstofuitstoot, Natura 2000-gebieden, externe veiligheid, lichthinder, bodemdaling, tussenuitspraak
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1642: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, voormalig kloostergebouw, welstand, Woningwet (rb Midden­Nederland 21/369)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1650: Awb; handhaving, sloop bijgebouwen, dwangsom, uitzonderlijk geval (rb Oost­Brabant 20/1180)
# ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1632: Awb, Wro, Chw; bpl, hogere grenswaarden, binnenstad, ontwikkellocaties, hoogbouw, relativiteitsvereiste, uitzicht, privacy en bezonning, leefbaarheid, parkeernorm, woon- en leefklimaat
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1663: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, kampeerterrein, waterpartij, onderzoek cultuurhistorische landschapswaarden (rb Midden­Nederland 20/2777)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1659: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, tijdelijk bouwwerk, opslag, omvang bebouwing, vrijwaringszone (rb Gelderland 20/6738)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1652: Awb, Wro, Chw; bpl verbrede reikwijdte, woon- en leefklimaat, horecabedrijven, geluid, VNG-brochure, ontbreken exploitatieplan, vertrouwensbeginsel, parkeerregeling
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1646 en ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1509: Awb; handhaving, bijgebouw, vergroten garage, bouwhoogte, uitzicht, belanghebbendheid, grondslag aanvraag, proceskosten (rb Oost­Brabant 20/785 en 20/482)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1643: Awb; aanwijzing gemeentelijk monument, herontwikkeling, vertrouwensbeginsel, evenredigheidsbeginsel, beleidsruimte (rb Amsterdam 20/2432)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1629: Awb, Wvw 1994; verkeersbesluit, fietsverbinding, verkeersveiligheid, verkeersonderzoek, registratie ongevallen, alternatieven, belangenafweging (rb Noord-Holland 21/1879)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1631: Awb; vervoer huis-, tuin- en grofvuil, niet tijdig beslissen (rb Rotterdam 22/531)
* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1598: Awb, Wro; vovo, bpl, voormalige kerk, rijksmonument, appartementen, parkeerbehoefte, planregels parkeerplaatsen, parkeernota, fietsenstalling, verkeersveiligheid, woon- en leefklimaat
* ABRvS 25 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1600: Awb; vovo, handhaving, recreatiewoningen, huisvesten arbeidsmigranten, dwangsom, vervangende woonruimte (rb Oost­Brabant 22/1672 en 22/1673)
* Gerechtshof Den Haag 25 april 2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:735: BW; hoge CO2-uitstoot, geschil Shell- Milieudefensie, algemeen belangactie, vordering tot tussenkomst, vordering tot voeging
* Gerechtshof Den Haag 25 april 2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:736: BW; hoge CO2-uitstoot, geschil Shell- Milieudefensie, algemeen belangactie, vordering tot tussenkomst, vordering tot voeging
* ABRvS 24 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1587: Awb, Wro; vovo, bpl, honden- en kattenpension, parkeervoorziening, aanlegvergunning, aantal parkeerplaatsen, voorwaardelijke verplichting, geluidsoverlast
* ABRvS 21 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1564: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning, bedrijfsgebouwen, uitvoering rechtbankuitspraak (rb Gelderland 22/4708)
* Rechtbank Oost-Brabant 21 april 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:1900: Awb; handhaving, asfaltcentrale, Activiteitenbesluit, Activiteitenregeling, emissiegrenswaarde PAK, ZZS, exceptieve toetsing, doelvoorschrift, erkende maatregel, vermijdings- en reductieprogramma’s
* Rechtbank Gelderland 21 april 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:2332: Awb, Wabo; vovo en kortsluiten, handhaving, mountainbike route, strijd met bpl, aanlegvergunning, begripverharding, afgraven, extensief recreatief medegebruik
* ABRvS 20 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1555: Awb, Wro; vovo, bpl, agrarisch bedrijf, windturbine, tiphoogte, belanghebbende, Wnb, relativiteitsvereiste
* HvJ EU 20 april 2023, ECLI:EU:C:2023:304: Richtlijn 2009/28/EG; prejudiciële verwijzing, bevordering energie uit hernieuwbare energiebronnen, toegang tot transmissie‑ en distributienetwerken, toegang bij voorrang voor elektriciteit uit hernieuwbare energiebronnen
* HvJ EU 20 april 2023, ECLI:EU:C:2023:317: Richtlijn 92/43/EEG, niet-nakoming, instandhouding natuurlijke habitats en wilde flora en fauna, artikel 4, lid 4, speciale beschermingszones, verplichting vaststelling instandhoudingsdoelstellingen
* HvJ EU 20 april 2023, ECLI:EU:C:2023:310: Richtlijn 2002/49/EG; niet-nakoming, omgevingslawaai, voorkoming geluidshinder, hoofdwegen en spoorwegen, niet-conforme of niet-bestaande actieplannen
* Rechtbank Noord-Nederland 20 april 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1572: Awb, TwG; versterkingsbesluit, verzakte uitbouw, versterking bijgebouw, einduitspraak na tussenuitspraak
* Rechtbank Noord-Nederland 20 april 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1585: Awb, TwG; schadebesluit, immateriële schade, smartengeld wegens aardbevingsproblematiek, civiele recht, BW, maximum bedrag, puntensysteem, impact sloop/nieuwbouw
* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1495: Awb, Wro; vovo, bpl, meer-generatie woongebouw, stedenbouwkundige samenhang, plangrens, aantasting groen, woon- en leefklimaat, verkeer, parkeernorm, vleermuizen, ontheffing Wnb
* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1512: Awb, Wro; vovo, bpl, agrarisch loonwerk- en grondverzetbedrijf, uitbreiding, woon- en leefklimaat, geluidhinder voor paarden
* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1499: Awb Wm; vovo, handhaving, gepland transport staalschroot, offshore gasproductie-platform, indeling afvalstof staalschroot onder EVOA, resten verf, chroom-6, beleidsregel, Kaderrichtlijn Afvalstoffen, bestanddeel of verontreiniging
* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1514: Awb, Wro; vovo, bpl, woningbouw, bouwvolume, verdichting, verkeersoverlast, verkeersintensiteit, CROW-publicatie 381, parkeernorm, verharding, waterafvoer, cultuurhistorie
* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1501: Awb, Wro; vovo, bpl, omgevingsvergunning, distributiecentra, uitbreiding bedrijventerrein, landschappelijke waarden, omgevingsvisie, ladder voor duurzame verstedelijking, landschappelijk inpassingsplan, voorwaardelijke verplichting, vleermuizen, ontheffing Wnb, stikstofonderzoek, relativiteitsvereiste
* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1511: Awb, Wm; vovo, handhaving, opslag asbesthoudende platen, Asbestverwijderingsbesluit 2005, afvoer, gecertificeerde asbestsaneerder
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 19 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2638: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning, kappen eikenbomen, cultuurhistorische waarde en natuurwaarde, APV, ontbreken deskundigenrapport, motiveringsgebrek, aanlegvergunning
* Rechtbank Overijssel 19 april 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:1404: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning, uitbreiding bedrijfshal, onomkeerbare situatie
* Rechtbank Overijssel 19 april 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:1403: Awb; vovo, handhaving, evenementenvergunning, APV, ruimtelijke uitstraling, geluidhinder
* Rechtbank Gelderland 19 april 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:2199: Awb, Wabo; tijdelijke kruimelvergunning bouw en gebruik, stedelijk ontwikkelingsproject, dove gevel, maximale planologische mogelijkheden, goede ruimtelijke ordening, evenredigheidsbeginsel
* Rechtbank Gelderland 19 april 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:2206: Awb, Wvw 1994; verkeersbesluit, spoorwegovergang, verkeersveiligheid, bereikbaarheid
* Rechtbank Noord-Nederland 19 april 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1569: Awb, Waterwet; vovo, waterwetvergunning, beweegbare fiets- en voetgangersbrug, hinder aan- en afmeren, omgevingsvergunning
* Rechtbank Midden-Nederland 19 april 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1825: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, volières roofvogels, hekwerk gebruik demonstratieveld, thee- en koffieschenkerij, weigering vvgb, goede ruimtelijke ordening, motiveringsgebrek, geluidsoverlast, leefbaarheid, Natura 2000-gebied
* Rechtbank Noord-Holland 19 april 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:3560: BW; brandschade, brandveiligheid, overtredingen Bouwbesluit, brandgevaarlijke stoffen, brandoverslag
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 18 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2683: Awb; verzoek om maatwerkvoorschrift, Activiteitenbesluit, kattenbakvulling, bentoniet, lozen afvalwater, visuele verontreiniging, bevoegdheid
* Rechtbank Limburg 18 april 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:2587: Awb; handhaving, aanvoer en acceptatie geuremitterend PMD-afval, overtreding, gecertificeerde neus, geurnorm
* Rechtbank Noord-Nederland 17 april 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1560: Awb, TwG; mijnbouwschade, waardevermeerdering, verrekening
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2483: Awb; niet tijdig nemen besluit, aanwijzing gemeentelijke monument
Rechtbank Oost-Brabant 13 april 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:1624: Awb; intrekken omgevingsvergunning, natuurtoestemming, vvgb, paardenhouderij, Wnb, subsidieregeling sanering varkenshouderijen, emissierechten
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2604: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, appartementen, gemeentelijk monument, stedenbouwkundige hoofdopzet, bouwhoogte, evident privaatrechtelijke belemmering, aantasting monument, parkeerplaatsen, welstand, kleur zonnepanelen, bouwbesluit, bodemonderzoek, sloop, tussenuitspraak
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2593: Awb; handhaving, bewoning arbeidsmigranten, hoor en wederhoor, gebruiksmelding, aanwezigheid asbest, Bouwbesluit
* Rechtbank Limburg 13 april 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:2486: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, tijdelijk gebruik, logiesgebouw, huisvesting arbeidsmigranten, goede ruimtelijke ordening, kleine dorpskern, beleid
* Rechtbank Limburg 13 april 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:2487: Awb, Wabo; tijdelijke omgevingsvergunning, doorstroom-woningen ex-gedetineerden, woon- en leefklimaat, goede ruimtelijke ordening, beleid, vertrouwensbeginsel
* Rechtbank Limburg 13 april 2023, ECLI:NL:RBLIM:2023:2535: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, woning, situering, hoge muur, aantasting woongenot, peil, wateroverlast, welstand
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2592: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, aanpassing uitrit, APV, openbaar plantsoen
* Rechtbank Noord-Nederland 12 april 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1544: Awb; vovo en kortsluiten, veiligheidsbeoordeling woning, Besluit versterking gebouwen Groningen, typologische of maatwerkbeoordeling
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2570: Awb, Wro; planschade, woningbouwproject, voorzienbaarheid, planvergelijking, ernst van de schadefactoren, anderszins verzekerd
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2567L Awb; handhaving, plaatsen schuur, vergunningvrij, bouwhoogte, lessenaarsdak, definitie goothoogte
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2573: Awb; handhaving, aantal parkeerplaatsen, parkeernormen
* Rechtbank Midden-Nederland 12 april 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1693: Awb, Wabo; vovo en kortsluiten, bouw warmtebuffer, voorbereidingsprocedure, hoofdgebouw, bijbehorend bouwwerk, natuurwaarden, Nieuwe Hollandse Waterlinie, attentiezone
* Rechtbank Den Haag 11 april 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:5287: Awb, Wabo; ambtshalve wijziging vergunningvoorschriften, scheiden en bewerken gesorteerde en ongesorteerde afvalstoffen, Landelijk Afvalbeheerplan, sturingsvoorschriften, Wm, acceptatie- en verwerkingsbeleid, afvalstroomkaarten, Besluit stortplaatsen en stortverboden afvalstoffen, ontheffing stortverbod, kunststoffen, minimumstandaard, mengen PAK-rijk asfalt
* Rechtbank Midden-Nederland 11 april 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1588: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, zonneveld, fruitteeltbedrijf, verkeersaantrekkende werking, geluid, lichtschittering, schadelijk wild, thermische invloed, grondprijzen landbouwgrond
* Rechtbank Midden-Nederland 11 april 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1587: Awb, Wabo, omgevingsvergunning, zonneveld, participatie, ruimtelijk inpasbaarheid, landschappelijke inpassing, veiligheid, geluid- en stralingsemissie
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 11 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2571: Awb; handhaving, opslagruimte, paardenhouderij, belanghebbendheid, afstand, emissies
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 11 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2569: Awb; handhaving, schadevergoeding
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 11 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2568 : Awb; niet tijdig beslissen, geen bezwaarschrift
* Rechtbank Noord-Nederland 7 april 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1690: Awb, TwG; mijnbouwschade, scheuren vloer en badkamer, onjuiste feiten, schadevergoeding
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 6 april 2022, ECLI:NL:RBZWB:2022:8493: BW, Onteigeningswet; vervroegde onteigening, voorwaardelijk KB , titel na herstelbesluit bestemmingsplan
* Rechtbank Den Haag 6 april 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:5152: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, verbouwing basisschool, verhoogd speelplein, sportplein, hoogte geluidschermen, woon- en leefklimaat, akoestisch onderzoek, leerlingaantallen, speeltijden, geluid onderbouwkinderen
* Rechtbank Den Haag 6 april 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:5292: Awb; standplaats, schaarse marktvergunning, branchebesluit
* Rechtbank Den Haag 6 april 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:5478: Awb; handhaving, bevoegdheid, procesorde
* Rechtbank Den Haag 5 april 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:5274: BW, Onteigeningswet; reconstructie provinciale weg en parallelweg ontijdige onteigening,  onnodige onteigening
* Rechtbank Midden-Nederland 31 maart 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1387: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, tweede dakkapel, welstand, gelijkheidsbeginsel, proceskosten
* Rechtbank Noord-Nederland 31 maart 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1575: Awb; handhaving, carbidschieten, APV, ontvankelijkheid, procesbelang
* Conclusie PG Parket bij de Hoge Raad 24 maart 2023, ECLI:NL:PHR:2023:333: BW; wanprestatie, niet-inachtnemen milieuregels, storten schone grond en bagger, tijdelijke verharding, LD-staalslakken, bodemverontreiniging
* Rechtbank Midden-Nederland 22 maart 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1788: Awb; handhaving, woningbouw, opaakglas, overtreding, doorzichtig glas, afwijking bouwvergunning, zicht op legalisatie
* Rechtbank Midden-Nederland 20 maart 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1676: Awb, Wvg; ontvankelijkheid, belanghebbendheid
* Rechtbank Noord-Nederland 17 maart 2023, ECLI:NL:RBNNE:2023:1583: Awb, Wnb; weigering jachtakte, beschermde rotganzen, vrees voor misbruik, onschuldpresumptie
* Rechtbank Midden-Nederland 9 maart 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:1534: Awb; handhaving, niet tijdig beslissen
* Rechtbank Den Haag 1 februari 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:4949: BW; verkoop weidegrond aan Bureau Beheer Landbouwgronden, bpl, provinciale verordening, vrees voor  woningbouw of sociaal-maatschappelijke voorzieningen, realiseren natuur

# = betrokkenheid STAB

! = (nog) niet gepubliceerd

Bijzondere overwegingen

* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1639: Awb, Wro; herstelbesluit, exploitatieplan, inbrengwaarde, taxatie, gewijzigde feiten en omstandigheden, peildatum, Onteigeningswet, bestemming sport, eliminatie, bestuursovereenkomst, referentietransacties, einduitspraak na tussenuitspraak

5.1.    Zoals de Afdeling heeft overwogen in haar uitspraak van 24 april 2013, ECLI:NL:RVS:2013:BZ8428, onder 8.1, geldt in het algemeen dat het bestuursorgaan bij herstel van een gebrek in het kader van een bestuurlijke lus mede acht dient te slaan op inmiddels gewijzigde feiten en omstandigheden. Dit beginsel kan onder omstandigheden echter uitzondering lijden. Naar het oordeel van de Afdeling doet zich in dit geval een dergelijke uitzondering voor. Daarbij neemt de Afdeling in aanmerking dat het herstelbesluit een correctie vormt van het oorspronkelijke exploitatieplan van 19 juli 2018 en voor dat plan in de plaats komt. In het besluit van 19 juli 2018 is 1 januari 2017 als peildatum gehanteerd. Uit de tussenuitspraak vloeit niet voort dat die peildatum onjuist is of mogelijk onjuist is. Onder die omstandigheid was de raad, mede in aanmerking genomen dat artikel 6.15 van de Wet ruimtelijke ordening een jaarlijkse herziening van het exploitatieplan verlangt, niet gehouden om een andere peildatum dan de datum van 1 januari 2017 te hanteren. Om dezelfde reden was de raad niet verplicht bij het herstelbesluit nieuwe referentietransacties in aanmerking te nemen en bij de vaststelling van de inbrengwaarden uit te gaan van een volledige schadeloosstelling.
6.5.    In het licht van het bovenstaande is de Afdeling van oordeel dat de Bestuursovereenkomst niet kan worden beschouwd als een voldoende concreet plan voor een overheidswerk als in artikel 40c van de onteigeningswet bedoeld. Immers, het sportpark waarop de Bestuursovereenkomst betrekking had, was ook voorzien op gronden ten noorden van het exploitatieplangebied en ten zuiden van de Spaarnwoudertocht. Deze gronden maken geen deel uit van het exploitatieplangebied en het plangebied van het bestemmingsplan “Badhoevedorp De Veldpost”, maar van het bestemmingplan “Badhoevedorp Lijnden-Oost”, in welk bestemmingsplan aan die gronden een natuurbestemming is toegekend. Aldus kan niet worden aangenomen dat de bestemming “Sport-2”, zoals in het bestemmingsplan “Badhoevedorp De Veldpost” voor het exploitatieplangebied en de daarin gelegen gronden van Kennemerland Beheer voorzien, door niets anders is bepaald dan de Bestuursovereenkomst; vergelijk het arrest van de Hoge Raad van 15 januari 2016, ECLI:NL:HR:2016:25, onder 3.6.1. Na de totstandkoming van de Bestuursovereenkomst heeft immers een nadere afweging plaatsgevonden met betrekking tot de exacte situering van het in de Bestuursovereenkomst bedoelde sportpark. Die nadere afweging heeft ertoe geleid dat (delen van) gronden waarop de bij de Bestuursovereenkomst betrokken partijen een sportpark voorzagen, uiteindelijk daartoe niet zijn bestemd. De Afdeling ziet gelet op het voorgaande geen aanleiding voor het oordeel dat de raad zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat de bestemming “Sport-2” bij de vaststelling van de inbrengwaarden van de gronden van Kennemerland Beheer niet met overeenkomstige toepassing van artikel 40c van de onteigeningswet dient te worden geëlimineerd.

* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1651: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, hekwerk, alpaca’s, begrip agrarisch gebruik, Activiteitenbesluit, woon- en leefklimaat, uitzicht (rb Oost-Brabant 20/2110)

9.1.    Volgens artikel 1.1, eerste lid, van het Activiteitenbesluit is er onder meer sprake van een agrarische activiteit als de activiteit betrekking heeft op het houden van landbouwhuisdieren. De vraag die de Afdeling moet beantwoorden is of alpaca’s die hobbymatig worden gehouden zijn aan te merken als landbouwhuisdieren.

9.2.    In de wetsgeschiedenis van artikel 1.1 van het Activiteitenbesluit staat dat het houden van landbouwhuisdieren onder “agrarische activiteiten” valt als deze diertypen in de regel voor productiedoeleinden worden gehouden (Stb. 2012, 144, p. 116).

Uit de wetsgeschiedenis kan niet worden afgeleid dat het oogmerk waarmee de dieren in een specifiek geval worden gehouden, bepalend is voor de vraag of het dier een landbouwhuisdier is. Het moet naar het oordeel van de Afdeling voor worden gehouden dat dit oogmerk niet van belang is. Vergelijk (onder 2.2.4 van) de uitspraak van de Afdeling van 15 december 2010 (ECLI:NL:RVS:2010:BO7364).

9.3.    De rechtbank heeft terecht overwogen dat het college zich mocht aansluiten bij de uitleg van de definitie “agrarische activiteiten” van artikel 1.1, eerste lid, van het Activiteitenbesluit. De rechtbank heeft ook terecht overwogen dat het college zich op het standpunt heeft mogen stellen dat alpaca’s in de regel voor productiedoeleinden worden gehouden. Het college mocht zich daarvoor baseren op het rapport van Wageningen Universiteit (Wageningen Livestock Research, 2015: “Advies over de geschiktheid van de alpaca als productiedier”). Alpaca’s zijn dus aan te merken als landbouwhuisdieren.

De rechtbank heeft verder terecht overwogen dat ook alpaca’s die hobbymatig worden gehouden zijn aan te merken als landbouwhuisdieren. Anders dan [appellant] betoogt maakt het namelijk, gelet op wat onder 9.1 en 9.2 is overwogen, niet uit met welk oogmerk de alpaca’s worden gehouden.

De rechtbank heeft dus terecht overwogen dat het hobbymatig houden van alpaca’s is aan te merken als een agrarische activiteit als bedoeld in artikel 1.1, eerste lid, van het Activiteitenbesluit. Het betoog van [appellant] dat in dit geval aangesloten moet worden bij de definitie van “agrarisch bedrijf” doet hier niet aan af aangezien het in artikel 4.1.1, aanhef en onder a, van de planregels gaat om “agrarisch gebruik”.

# ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1664: Awb, Wro, Wnb, Wgh, Waterwet; inpassingsplan, vergunningen, ontheffingen, behoefte railterminal, containeroverslagpunt, CO2-uitstoot, werkgelegenheid, uitvoerbaarheid, verkeersgeneratie- en afwikkeling, verkeersveiligheid, akoestisch onderzoek, bronvermogen stapelen containers, elektrische portaalkranen, geluidbelasting, cumulatie, relativiteitsvereiste, AERIUS-berekening, luchtkwaliteit, diesellocomotieven, stikstofuitstoot, Natura 2000‑gebieden, externe veiligheid, lichthinder, bodemdaling, tussenuitspraak

12.6.  De Afdeling stelt voorop dat het bevoegd gezag bij het beoordelen van de ruimtelijke gevolgen van een plan moet uitgaan van een representatieve invulling van de maximale bouw- en gebruiksmogelijkheden die het plan biedt. De Afdeling is van oordeel dat de provinciale staten niet deugdelijk hebben gemotiveerd dat het door hen gehanteerde aantal van 340 vrachtwagenbewegingen per dag een representatieve invulling is van wat het plan maximaal toelaat. Zoals hiervoor is toegelicht berust dit getal op de aanname dat een vrachtwagen altijd beladen is, dus de situatie dat een vrachtwagen altijd een laadeenheid (om precies te zijn 1,06) naar de terminal brengt en vervolgens ook met gelijke lading de terminal verlaat. Er wordt geen rekening gehouden met het scenario dat een vrachtwagen alleen een lading brengt of alleen een lading ophaalt. Provinciale staten hebben niet aannemelijk gemaakt dat een dergelijke situatie zich niet of slechts incidenteel zal voordoen. De enkele stelling dat vervoerders een financieel belang hebben bij het voorkomen van “lege ritten” is hiertoe onvoldoende.

Nu aan de onderzoeken naar de ruimtelijke gevolgen van het plan het uitgangspunt ten grondslag ligt dat de railterminal leidt tot maximaal 340 vrachtwagenbewegingen per dag, is de Afdeling van oordeel dat het plan is vastgesteld in strijd met de bij het nemen van een besluit te betrachten zorgvuldigheid. Het betoog slaagt.
15.13. De Afdeling is gelet op het voorgaande van oordeel dat de stikstofberekening die ten grondslag ligt aan de passende beoordeling, onjuist is wat betreft de stikstofemissie van de diesellocomotieven, in het bijzonder waar het betreft de berekende emissie in de periode 2025-2030 en het daarin gehanteerde uitgangspunt dat alleen gebruik wordt gemaakt van diesellocomotieven met een vermogen van 500 kW en een uitstoot van 4 g/kWh. Dat laatste is immers onvoldoende duidelijk en kenbaar in de planregels, onderscheidenlijk de voorschriften van de Wnb-vergunning geborgd. Dit gebrek ziet zowel op het plan als de Wnb-vergunning. Het betoog slaagt.

15.14. De Afdeling overweegt dat het mogelijk is om in de Wnb-vergunning een voorschrift op te nemen waarin concrete eisen worden gesteld aan het in te zetten materieel, in dit geval over de eigenschappen/emissie van de diesellocomotieven. Ook in de planregels kan een daartoe strekkende gebruiksbepaling worden opgenomen. Verweerders hebben ter zitting toegelicht dat zij in beginsel bereid zijn de Wnb-vergunning en het plan dienovereenkomstig aan te passen.

* ABRvS 26 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1652: Awb, Wro, Chw; bpl verbrede reikwijdte, woon- en leefklimaat, horecabedrijven, geluid, VNG-brochure, ontbreklen exploitatieplan, vertrouwensbeginsel, parkeerregeling

10.2.  De Afdeling overweegt dat het plan woningen mogelijk maakt op gronden met de bestemming “Gemengd – B2”, met de aanduiding “bouwvlak”. Het staat vast dat de gemeente niet alle gronden in het plangebied in eigendom heeft. Naast de percelen [locatie B], [locatie C] en [locatie D] van [appellant sub 2], is in ieder geval ook het perceel ten oosten daarvan, Erfstede 10, eigendom van een derde, namelijk Bourmana. De Afdeling is van oordeel dat  niet vaststaat dat het bestemmingsplan, in aanmerking genomen de omvang van de gronden die in eigendom zijn bij [appellant sub 2], onderscheidenlijk Bourmana, niet mogelijk maakt dat een zelfstandig aangewezen bouwplan op die gronden kan worden gerealiseerd. Ook de raad gaat kennelijk daarvan uit, waar hij in deze procedure heeft aangevoerd dat de gemeente verwerving van de gronden als alternatief voor een vorm van zelfrealisatie door de grondeigenaren nadrukkelijk als optie openhoudt. Niet in geschil is voorts dat er in de toekomst te verhalen exploitatiekosten zijn. Tussen de gemeente en [appellant sub 2] en ook tussen de gemeente en de overige grondeigenaren, in ieder geval Bourmana, zijn geen grondexploitatieovereenkomsten gesloten. Gelet op het voorgaande staat daarom niet vast dat ten tijde van het vaststellingsbesluit de kosten van de grondexploitatie anderszins zijn verzekerd als bedoeld in artikel 6.12, tweede lid, onder a, van de Wro.

Voor zover de raad stelt dat er geen noodzaak is om een exploitatieplan vast te stellen, omdat de gemeente de gronden in het plangebied in de toekomst minnelijk zal trachten te verwerven en zo nodig zal onteigenen, leidt dit ook overigens niet tot het oordeel dat het verhaal van de kosten van de grondexploitatie “anderszins is verzekerd” als bedoeld in artikel 6.12, tweede lid, onder a, van de Wro. Voor het “anderszins verzekerd” zijn van het kostenverhaal is in dit verband vereist dat de vaststelling daarvan plaatsvindt op het moment waarop het bestemmingsplan wordt vastgesteld.

* Gerechtshof Den Haag 25 april 2023, ECLI:NL:GHDHA:2023:736: BW; hoge CO2-uitstoot, geschil Shell- Milieudefensie, algemeen belangactie, vordering tot tussenkomst, vordering tot voeging
5.25 Naar het oordeel van het hof heeft M&M toereikend toegelicht waarom zij belang heeft bij voeging. Het gaat erom dat de feitelijke gevolgen van de toewijzing van de vorderingen van Milieudefensie c.s. nadelig kunnen zijn voor de achterban van M&M en de door M&M volgens haar statuten nagestreefde belangen. M&M vreest dat de prijzen van fossiele brandstoffen zullen stijgen als gevolg van toewijzing van die vorderingen.

5.26 Anders dan Milieudefensie c.s. aanvoeren, gaat het M&M niet uitsluitend om de precedentwerking die van het bestreden vonnis kan uitgaan. Onder precedentwerking in de hier bedoelde zin moet worden verstaan dat Milieudefensie c.s. in eventuele procedures tegen andere bedrijven met een hoge CO2-uitstoot, een beroep zouden kunnen doen op oordelen die in de procedure tussen Shell en Milieudefensie c.s. over bepaalde onderwerpen zijn gegeven. Het door M&M gestelde belang ziet niet (uitsluitend) op deze precedentwerking. Het gaat M&M immers (ook) om de feitelijke gevolgen die kunnen uitgaan van het bestreden vonnis voor de beschikbaarheid en betaalbaarheid van energiedragende producten die afkomstig zijn van Shell. Naar de aard van de zaak kan het bestreden vonnis aldus niet alleen gevolgen hebben in de verhouding tussen Shell en Milieudefensie c.s., maar kan het ook de feitelijke belangen van derden raken, waaronder de achterban van M&M. Daarmee is het belang van M&M om zich te voegen aan de zijde van Shell, gegeven.

* Rechtbank Oost-Brabant 21 april 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:1900: Awb; handhaving, asfaltcentrale, Activiteitenbesluit, Activiteitenregeling, emissiegrenswaarde PAK, ZZS, exceptieve toetsing, doelvoorschrift, erkende maatregel, vermijdings- en reductieprogramma’s
4.5 Op het moment van het bestreden besluit was de staatssecretaris zelf al tot de conclusie gekomen dat de erkende maatregel in artikel 5.37 van de Arm niet waarborgt dat aan de emissiegrenswaarde van PAK’s in artikel 5.46, lid 1, onder b, van het Abm wordt voldaan. Dit staat ook in de nota van toelichting bij de wijziging van artikel 5.37 van de Arm. Hierin staat dat al langere tijd sterke twijfels waren over de erkende maatregel in artikel 5.37 van de Arm en dat in de praktijk bleek dat hiermee niet was geborgd dat aan de emissiegrenswaarde voor PAK werd voldaan. Dat stond bovendien in deze zaak al vast met de metingen van 11 april 2022 (voordat het bestreden besluit werd genomen). Het is onder deze omstandigheden evident dat met de erkende maatregel in artikel 5.37 van de Arm niet aan de emissiegrenswaarde van PAK’s in artikel 5.46, lid 1, onder b, van het Abm wordt voldaan Er is geen aanleiding voor de rechtbank om nu zelf artikel 5.37 van de Arm (oud) onverbindend te verklaren want het artikel is per 1 januari 2023 gewijzigd. Het college had in het bestreden besluit artikel 5.37 van de Arm (oud) buiten toepassing moeten laten en vervolgens moeten beslissen of hij zou handhaven wegens overtreding van artikel 5.46, lid 1, onder b, van het Abm, ondanks dat ACE beschikte over een geldig BRL 9320-certificaat. Dat heeft het college ten onrechte niet gedaan.

4.6 Daarnaast is de rechtbank van oordeel dat het college artikel 5.37 van de Arm (oud) niet zodanig ruim had mogen uitleggen dat hiermee ook de overtreding van artikel 2.5 eerste lid, van het Abm wordt opgeheven. Dat volgde namelijk helemaal niet uit artikel 5.37 van het Arm (oud) dat uitdrukkelijk verwees naar artikel 5.46, eerste lid, onder a, van het Abm. De rechtbank leest in artikel 5.48, tweede lid, van het Abm ook dat de wetgever heeft bedoeld dat de emissiegrenswaarden in artikel 2.5 van het Abm onverminderd gelden naast de emissiegrenswaarden in artikel 5.46 van het Abm ook al ziet dit artikel op de emissies van andere stoffen. Het college had dus moeten onderzoeken of sprake was van een zelfstandige overtreding van artikel 2.5, eerste lid, van het Abm en (indien dit het geval is) moeten beslissen of hierin aanleiding was om handhavend op te treden. Dat heeft het college niet gedaan en ook daarom is het bestreden besluit onvoldoende zorgvuldig voorbereid en onvoldoende gemotiveerd. De rechtbank geeft hiermee geen oordeel over de vraag of sprake is van een zelfstandige overtreding van artikel 2.5, eerste lid, van het Abm.

* ABRvS 19 april 2023, ECLI:NL:RVS:2023:1499: Awb Wm; vovo, handhaving, gepland transport staalschroot, offshore gasproductie-platform, indeling afvalstof staalschroot onder EVOA, resten verf, chroom-6, beleidsregel, Kaderrichtlijn Afvalstoffen, bestandeel of verontreiniging

4.3.    In artikel 12, tweede lid, onder d, van de Beleidsregel van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, van 21 februari 2022, nr. IENW/ILT-2022/12059, houdende vaststelling van beleid inzake de kwalificatie van verontreinigd papier-, kunststof- en metaalafval in verband met de bestuursrechtelijke handhaving van de EVOA (hierna: de beleidsregel) is bepaald dat ijzer- en staalschroot geen met chroom-6 houdende verf behandeld metaalafval mag bevatten om als B1010 afval te kunnen worden aangemerkt. [verzoekster] heeft ter zitting te kennen gegeven dat zij zich op het standpunt stelt dat die beleidsregel in strijd is met de EVOA. De voorzieningenrechter is vooralsnog van oordeel dat de lidstaat een zekere beoordelingsruimte heeft om de EVOA in te vullen zoals met artikel 12, in het bijzonder het tweede lid, onder d, van de beleidsregel is gedaan. De voorzieningenrechter ziet vooralsnog geen grond voor het oordeel dat de beleidsregel in strijd met de EVOA is vastgesteld.

De voorzieningenrechter is er verder niet op voorhand van overtuigd dat er in de EVOA, zoals door [verzoekster] is aangevoerd, bewust een onderscheid is gemaakt tussen bestanddeel of verontreiniging en als dat al zo is, een bewust aangebrachte verflaag waarvan hier sprake is, als een verontreiniging, niet zijnde een bestanddeel moet worden beschouwd. In dat verband acht de voorzieningenrechter ook van belang dat ter zitting door de door [verzoekster] meegebrachte deskundige desgevraagd is toegelicht dat er geen metaal bestaat dat als bestanddeel, zoals dat begrip door [verzoekster] wordt uitgelegd, chroom-6 heeft. Als de uitleg van [verzoekster] wordt gevolgd, zou dat betekenen dat code A1040 voor metaal zinledig is, voor zover daarin is vastgelegd dat afvalstoffen die zeswaardige chroomverbindingen als bestanddeel bevatten een codering als bedoeld in bijlage V van de EVOA hebben. Een dergelijke uitleg ligt juridisch niet op voorhand voor de hand.

In het door [verzoekster] aangevoerde over de verhouding tussen de Kaderrichtlijn Afvalstoffen (Richtlijn 2008/98/EG) en de EVOA, als het gaat om het percentage chroom-6 dat metaal zou mogen bevatten, ziet de voorzieningenrechter ook geen aanleiding voor het treffen van de gevraagde voorlopige voorziening. De tekst van de onder 4.1 weergegeven bepaling die inhoudt dat het ijzer- en staalschroot geen zeswaardige chroomverbindingen als bestanddeel mag bevatten geeft voor het standpunt van [verzoekster] dat dat wel mag wanneer een bepaald percentage niet wordt overschreden niet op voorhand aanleiding.

* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 18 april 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:2683: Awb; verzoek om maatwerkvoorschrift, Activiteitenbesluit, kattenbakvulling, bentoniet, lozen afvalwater, visuele verontreiniging, bevoegheid,

5.5 In artikel 3.33 van het Activiteitenbesluit staat niet opgenomen dat een maatwerkvoorschrift kan worden vastgesteld, waarin die algemene regel niet van toepassing kan worden verklaard.

5.6 Een dergelijke bevoegdheid kan naar het oordeel van de rechtbank ook niet worden gevonden in artikel 2.1 van het Activiteitenbesluit. In het eerste lid van die bepaling is een algemene zorgplicht opgenomen en in het vierde lid staat dat het bevoegd gezag (in dit geval verweerder) met betrekking tot die zorgplicht maatwerkvoorschriften kan vaststellen voor zover het betreffende aspect bij of krachtens het Activiteitenbesluit niet uitputtend is geregeld. Uit de toelichting op het Activiteitenbesluit kan worden afgeleid dat sprake is van een uitputtende regeling, wanneer ten aanzien van een bepaald aspect in het Activiteitenbesluit een limitatieve opsomming is opgenomen van eisen, maatregelen en voorschriften.

Verweerder heeft terecht vastgesteld dat in artikel 3.33, tweede lid, van het Activiteitenbesluit een uitputtende regeling is opgenomen voor het aspect: ‘het lozen van afvalwater dat in aanraking is gekomen met inerte goederen’. Die bepaling bevat immers een limitatieve opsomming van eisen waar het lozen van dergelijk afvalwater aan moet voldoen: ‘de eis dat het niet mag leiden tot visuele verontreiniging’. Gelet daarop bevat de bepaling een voldoende concrete kwalitatieve norm en een helder concreet toetsingskader. Dat eiseres gebaat is bij technische voorschriften in combinatie met registratievoorschriften, neemt niet weg dat sprake is van een dergelijke heldere norm. Omdat de bepaling alleen betrekking heeft op afvalwater dat in aanraking is gekomen met inerte goederen, is wel degelijk onderscheid gemaakt tussen stoffen en kan het niet gaan om volstrekt zuiver water. Dat de huidige wet- en regelgeving eiseres geen mogelijkheid biedt om een watervergunning aan te vragen voor het lozen van het afvalwater, is inherent aan de keuze van de wetgever om milieubelastende inrichtingen zoveel mogelijk te reguleren door middel van algemene regels in plaats van door vergunningen. De rechtbank leidt uit die norm af dat het de keuze van de wetgever is geweest dat er niet van kan worden afgeweken en dat eiseres op die wijze wordt gedwongen tot het treffen van maatregelen te treffen om visuele verontreiniging te voorkomen.

*  Rechtbank Oost-Brabant 13 april 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:1624: Awb; intrekken omgevingsvergunning, natuurtoestemming, vvgb, paardenhouderij, Wnb, subsidieregeling sanering varkenshouderijen, emissierechten

9.3 De rechtbank is van oordeel dat, anders dan het college meent, het mogelijk is om de omgevingsvergunning wel gedeeltelijk in te trekken. Dat staat letterlijk in artikel 2.33, tweede lid, van de Wabo. De Wabo bepaalt namelijk niet dat een activiteit die onlosmakelijk is verbonden met een andere activiteit automatisch moet worden ingetrokken als die andere activiteit wordt ingetrokken. Artikel 2.7 van de Wabo, dat gaat over onlosmakelijke samenhang, is alleen van toepassing op de aanvraag voor een omgevingsvergunning en niet op de intrekking van een omgevingsvergunning. Volgens de rechtbank biedt artikel 2.33, tweede lid, van de Wabo wel de mogelijkheid een omgevingsvergunning in te trekken per activiteit (voor de ene activiteit wel en voor de andere activiteit niet). De rechtbank is verder van oordeel dat artikel 2.33 tweede lid, van de Wabo er ook niet aan in de weg staat om een toestemming voor een activiteit gedeeltelijk in te trekken. De rechtbank vindt steun voor dit oordeel in een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 24 december 2013.

 

STAB verzorgt de jurisprudentie voor STAB OGR updates

Julian Kramer, advocaat bij Pels Rijcken, schreef een annotatie bij de uitspraak van de ABRvS van 15 februari 2023 (ECLI:NL:RVS:2023:606). In zijn annotatie gaat hij in op de nuancering die de Afdeling aanbrengt in de jurisprudentielijn over de toepassing van het relativiteitsvereiste zoals opgenomen in 8:69a van de Awb. Deze nuancering is aangebracht naar aanleiding van het Varkens in Nood-arrest in verband met het Verdrag van Aarhus en heeft betrekking op gevallen waarin een beroep wordt gedaan op de procedurele norm inzake het recht op inspraak (zie STAB OGR-updates 2023-0030).

 

# = betrokkenheid STAB

= (nog) niet gepubliceerd