Weekoverzicht uitspraken omgevingsrecht
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3877: Awb, Wro; bpl, wegbestemmen functies, mogelijk maken ontwikkelingen, veehouderij/woningen, ladder voor duurzame verstedelijking, behoefte, uitvoerbaarheid wijzigingsbevoegdheid, bodemverontreiniging, geluid, fijnstof, cultuurhistorische waardenkaart, beeldbepalend pand, uitvoerbaarheid uitwerkingsplicht, huisvesting arbeidsmigranten/afwijkingsbevoegdheid, uitbreidingsmogelijkheden, uitsterfregeling, bedrijfsbelangen, carport/bijgebouw
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3946: Awb, Waterwet, Wro; projectplan, inpassingsplan, Natura 2000-gebied, in stand houden natuurwaarden beekdal, maatregelen, behalen instandhoudingsdoelstellingen, planologische borging, natuurbestemming, klepduiker, benedenstroomse zijde, schaderegeling, Waterwet, nadeelcompensatie, uitgraven sloten/leemlaag, rechtsonzeker, gevolgen agrarische bedrijfsvoering, vaststellingsdatum projectplan/planregels inpassingsplan, verwijzing beheerplan, fasering, uitvoerbaarheid/Wnb, onteigening, overgangsrecht, beweiding natuurbeheer
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3941: Awb, Wabo; revisievergunning, op- en overslag ammoniak, spoorketelwagons, raccordement, uitleg aanvraag, milieurapportage, zienswijze, wijziging ondergeschikte aard, voorschriften, rechtsonzeker, gevolgen milieu, Wm, Wabo, ongewone voorvallen (Rb Den Haag 19/2630)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3878: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, strijd bpl en voorbereidingsbesluit, bedrijfsmatig houden varkens, intensieve veehouderij, grondgebonden bedrijf, open grond, milieuvergunning, overgangsrecht, gelijkheidsbeginsel, concreet zicht op legalisering (Rb Limburg 20/2885)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3879: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, strijd bpl, huisvesting arbeidsmigranten, distributiecentrum, overtreding, uitleg bpl, bedrijfswoning/bewoning noodzakelijk, concreet zicht op legalisering, ontwerpbpl, wonen/huishouden, onderlinge verbondenheid, continuïteit samenstelling, gelijkheidsbeginsel (Rb Limburg 20/2886)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3955: Awb, Wro; afwijzing vaststelling bpl, buitenplaats, beeldentuin, Natura 2000, verleende omgevingsvergunning, beroepsgronden/procedure ander bpl, ruimtelijke aanvaardbaarheid vastgesteld plan, eerdere uitspraak/gegeven oordelen
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3892: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, bouwen zonder vergunning, strijd bpl, atelier, appartementen, afzonderlijke woningen, SBI-code, bedrijf/kantoor verhuuractiviteiten, concreet zicht op legalisering (Rb Noord-Nederland 20/3756)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3875: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, winkelruimte, appartementen, uitleg bpl, begrippen bpl, Van Dale, parkeren, toetsingskader Wabo bouwen, parkeerbehoefte, welstand, bouwmogelijkheden geldende bpl, Bouwbesluit 2012, kruimelgevallenregeling/onderdelen 1 en 9, zelf in de zaak voorzien, voorlopige voorziening, judiciële lus (Rb Noord-Nederland 21/1401)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3954: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, logiesaccommodatie, schip, geen omgevingsvergunning, uitleg bpl, overnachten, verband functie scheepswerf/jachthaven, windturbinepark, doeleindenomschrijving, functioneel overtreder, Drijfmeer-arrest, matigen hoogte dwangsom, financieel voordeel, invorderingsbesluit (Rb Noord-Holland 21/3324)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3956AB: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, verhogen bestaande laagbouw, twee zelfstandige woningen, strijd bpl, herhaling beroepsgronden, beoordeling rechtbank/onjuist of onvolledig, bedoeling planwetgever, parkeerdruk, parkeervergunningen, bezoekersregeling voorschriften (Rb Noord-Holland 21/3138)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3951: Awb, Wro; bpl, sloop en herbouw, activiteitencentrum, woontoren, ladder voor duurzame verstedelijking, gemeentelijk woonbeleid, bezonning/schaduwwerking, geluid, verkeer, toename aantal verkeersbewegingen, verkeersonderzoek/coronatijd, parkeren, parkeernorm, waterberging, tegenstrijdigheid plantoelichting/planregels, bomen, belangenafweging, compensatie
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3953: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, realiseren nieuw woonhuis, herhaling beroepsgronden, beoordeling rechtbank/onjuist of onvolledig, overweging besluit, bouwhoogte, woon- en leefklimaat, vergaderingen welstandscommissie (Rb Noord-Holland 21/2072)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3957: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, zestien appartementen, niet tijdig nemen besluit, herroepen besluit, voorbereidingsprocedure, ingebrekestelling prematuur (Rb Noord-Nederland 21/1401)
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3952: Awb, Wro; bpl, woningen, winkels, school, VvE, omwonenden, aantasting woongenot, windhinder, planregeling, NEN 8100, noodzaak windonderzoek, einduitspraak na tussenuitspraak
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3945: Awb, Wro; bpl, woningbouw, parkeren, aantal parkeerplaatsen, parkeerbalans, omvang parkeerplaatsen/ASVV 2012, verkeer, gemeentelijk verkeers- en vervoersplan, gebiedsbescherming, Natura 2000, stikstof/relativiteitsvereiste, zendmast/afwijkingsbevoegdheid, rechtsmiddelen
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3948: Awb, Wro, Wgh; bpl, HGW, reconstructie rijksweg, verkeersveiligheid, doorstroming, restaurant, woningen, geluid, luchtkwaliteit, NIBM, grenswaarden Wm, viertaks-rotonde, verkeersbestemming
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3935: Awb, Gmw; toepassing bestuursdwang, verkeerd parkeren auto, niet tijdig beslissen, verzending bezwaarschrift, foto brievenbuspakje, track & trace, PostNL, geen ontvangstbevestiging, ontvangst bezwaarschrift (Rb Amsterdam 21/4502)
* ABRvS 24 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3915: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, opslag spullen, aanleg verhardingen, strijd bpl, uitwegvergunning, overtreding, gelijkheidsbeginsel, begunstigingstermijn (Rb Limburg 23/845 en 23/873)
* Rechtbank Overijssel 24 oktober 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:4151: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning kappen bomen, spoedeisend belang, bomenverordening, oprit stroomhuisje, bomenrapport, noodzaak, planologisch strijdig gebruik, urgentie, planning
* ABRvS 23 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3882: Awb, Wro; vovo, bpl, woningbouw, groene karakter, natuurbestemming, aantal woningen, parkeren, aantal parkeerplaatsen, lichthinder, inschijnende koplampen, verkeer, verkeersveiligheid
* Rechtbank Noord-Holland 20 oktober 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10588: Awb, Wegenverkeerswet 1994; vovo en kortsluiten, verkeersbesluit, instellen eenrichtingsverkeer, toename verkeersbewegingen, omrijden, alternatief, inspraak, participatietraject
* Rechtbank Gelderland 19 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5715: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, negatieve adviezen RCE, vergunde parkeerplaats, beleidsmedewerker, eerder bouwplan/groter oppervlak, plaatsing struiken en perenbomen, oprijlaan, monumentencommissie
* Rechtbank Gelderland 19 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5716: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, positieve advies monumentencommissie, negatieve advies RCE, ruimtelijke kwaliteit, faciliteren wenselijke gebruik, terp, hoeve, menggranulaat, beschermd dorpsgezicht, einduitspraak na tussenuitspraak
* Rechtbank Midden-Nederland 19 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5525: BW; kort geding, aanbestedingsprocedure, ontwikkeling warmtenet, industriële restwarmte, procesbelang, grootst mogelijke reductie CO2, Klimaatakkoord, EVRM, informatieverstrekking, geschiktheidseisen, ISO 9001-cerftificaat, ervaringseis
* Rechtbank Gelderland 18 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5670: Awb, Wabo; omgevingsvergunning afwijken bpl, maatschappelijke voorzieningen, alternatieven, parkeerbehoefte, structuurvisie, weigering/handhaving
* Rechtbank Noord-Holland 18 oktober 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10362: Awb, Wabo, Gmw; omgevingsvergunning afwijken bpl, horeca, getalsmatige beperking, aanvraag, Activiteitenbesluit milieubeheer, handhaving, dwangsom, strijd omgevingsvergunning, meer personen aanwezig dan toegestaan, bijzondere omstandigheden, vertrouwensbeginsel, evenredigheidsbeginsel, last is te verstrekkend, vormgeving en hoogte dwangsom
* Rechtbank Overijssel 18 oktober 2023, ECLI:NL:RBOVE:2023:4062: Awb, Wabo, Gmw; weigering omgevingsvergunning, kappen eikenboom, kapverordening, hoorzitting, belangenafweging, overlast, minder ingrijpende maatregelen, snoeien, afvallende eikels, bladeren en takken, onderhoudsprogramma, inspectie, monitoring
* Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 17 oktober 2023, ECLI:NL:GHARL:2023:8722: BW; verklaring voor recht, windturbines, molenaarswoningen, uitleg gemaakte afspraken, geluid, bedrijfswoning, nachtelijke stilstandvoorziening, specifieke bestuursrechtelijke verplichting, planologische achtergrond, normen Activiteitenbesluit milieubeheer
* Rechtbank Rotterdam 17 oktober 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:9796: Awb, Huisvestingswet; handhaving, dwangsom, gemeentelijke huisvestingsverordening, vergunningplicht, exceptieve toetsing, Huisvestingswet/eigendomsrecht, overtreding, niet-bestaande mogelijkheid/beëindigen overtreding, evenredigheid, hoogte dwangsom, begunstigingstermijn
* Rechtbank Gelderland 17 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5669: Awb, Wabo, Gmw; afwijzing handhavingsverzoek, overtreding, vergunningvrij/bijlage II Bor, begrip “erf”, pergola’s, tuinmeubilair, algemene beginselen van behoorlijk bestuur
* Rechtbank Rotterdam 16 oktober 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:9795: Awb, Huisvestingswet; vergunning, gemeentelijke huisvestingsverordening, positieve invloed woonmilieu en leefbaarheid, vrijwilligerswerk, huurovereenkomst, te vrijblijvend, intentie/daadwerkelijk verrichten
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 16 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7174: Awb, Wabo, Gmw; vovo, handhaving, dwangsom, recreatieve verhuur pand, strijd bpl, onverwijlde spoed, onomkeerbare gevolgen, andere procedures, financieel belang, financiële noodsituatie
* Rechtbank Noord-Holland 16 oktober 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10211: Awb, Wabo, Gmw; vovo, handhaving, dwangsom, wonen, één afzonderlijk huishouden, continuïteit, onderlinge verbondenheid, concreet zicht op legalisatie, begunstigingstermijn, hoogte dwangsommen
* Rechtbank Den Haag 13 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15465: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning kappen twee bomen, APV, spoedeisend belang, boomveiligheidscontrole, omgewaaide boom, schaduwberekeningen, bezonning, daglichttoetreding, verticale belemmeringshoek, bomenbeleid, daglichttoetreding, belangenafweging, andere oplossing/snoeien, boomdeskundige
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 13 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7139: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning aanleggen faunarijk grasland, beoordelingsregels/criteria bpl, (veld) onderzoek, beheers- en inrichtingsplan, controleerbaar, ambtelijke notitie/rapportage
* Rechtbank Midden-Nederland 13 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5448: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, appartementen, parkeren, beleidsregel, aanwezigheidspercentage, dubbelgebruik, acceptabele loopafstand
* Rechtbank Den Haag 13 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15467: Awb, Wabo; vovo, omgevingsvergunning kappen 347 bomen en verplanten 7 bomen, spoedeisend belang, uitleg bpl, toelichting bpl, wezenlijke waarden en kenmerken, provinciale omgevingsverordening, onlosmakelijke samenhang, strijd bpl, aanvullen aanvraag, buiten behandeling stellen
* Rechtbank Den Haag 13 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15466: Awb, Wabo; vovo en kortsluiten, omgevingsvergunning vellen 23 bomen, gemeentelijke verordening, Bomen Effect Analyse, bestratingsopdruk, bomenbeleidsplan, structurele oplossingen, kabels en leidingen, riool, geldigheidsduur/onherroepelijk worden vergunning
* Rechtbank Gelderland 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5596: Awb, Wnb; afwijzing aanvraag natuurvergunning, intern salderen, Rav, stalsystemen, CBS rapport, emissies onzeker, passende beoordeling, systematiek AERIUS, afronding/twee decimalen, referentiesituatie, verkeersbewegingen, uitgangspunten, worst case/reëel en aannemelijk
* Rechtbank Gelderland 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5605: Awb, Wabo, Gmw; afwijzing handhavingsverzoek, paardenbak, paddock, 4:6 Awb, herhaalde aanvraag, nieuw gebleken feiten, veranderde omstandigheden, nader onderzoek/intensiteit gebruik, stilzitten bestuursorgaan, concreet zicht op legalisering/ontwerpvergunning, evident onredelijk
* Rechtbank Gelderland 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5595: Awb, Wnb; afwijzing aanvraag natuurvergunning, wijzigen veehouderij, intern salderen, relativiteitsvereiste, afstand, Natura 2000-gebied/niet stikstofgevoelig, beoordeling/buiten beschouwing
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7242: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, niet tijdig aanvullen gronden bezwaar, vertrouwensbeginsel
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7201: Awb, Wabo; afwijzing handhavingsverzoek, niet tijdig beslissen op bezwaar, belanghebbende, gevolgen van enige betekenis, geen eigenaar/bewoner, niet in de zeer dichte nabijheid, inschrijving BRP
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7092: Awb; verzet, griffierecht, niet tijdig betaald, PostNL, nota, gewone post, vakantie, vordering nog niet afgeboekt, mogelijk alsnog voldoen, betaling niet automatisch teruggestort
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 11 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7249: Awb, Erfgoedwet; afwijzing verzoek aanwijzing gemeentelijk monument, monumentwaardig, belangenafweging, financieel belang, jonge bouwkunst, contra-rapportage
* Rechtbank Zeeland-West-Brabant 10 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7198: Awb, Wabo; afwijzing aanvraag omgevingsvergunning, plaatsen hekwerk, strijd bpl, bosperceel, precedentwerking, stedenbouwkundig advies, ecologisch perspectief
* Rechtbank Midden-Nederland 10 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5321: Awb, Wabo; afwijzing handhavingsverzoek, horen in bezwaarfase, gebruik tbv (ander) restaurant, geluid, verkeersbewegingen, opslag voorraad/afval, horeca, strijd bpl, definitieve geschilbeslechting, uitoefening handhavingsbevoegdheid
* Rechtbank Midden-Nederland 10 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5316: Awb, Wabo; afwijzing handhavingsverzoek, omgevingsvergunning, voedselbos, uitleg bpl, moestuin, volkstuin, Van Dale, niet tijdig beslissen, kruimelgevallenregeling, gebruik/bouwen bouwwerk, tijdelijke afwijking, omkeerbaar, structuurvisie, gemeentelijk milieubeleid, landschapswaarden, agrarisch advies
* Rechtbank Den Haag 9 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15247: Awb, Wro; afwijzing tegemoetkoming in planschade, afwijken advies, planvergelijking, zichthinder, maximale planologische mogelijkheden, bedrijventerrein, rijksweg, spoorlijn, voorzienbaarheid, normaal maatschappelijk risico, taxatie, overschrijding redelijke termijn
* Rechtbank Den Haag 9 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15246: Awb, Wro; tegemoetkoming in planschade, omgevingsvergunning windturbine, planvergelijking, zichthinder, contra-expertise, licht, geluid, situeringswaarde, voorzienbaarheid, normaal maatschappelijk risico, overschrijding redelijke termijn
* Rechtbank Den Haag 9 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15242: Awb, Wro; tegemoetkoming in planschade, omgevingsvergunning, windturbine, toename bouwmogelijkheden, ander gebruik, planvergelijking, feitelijke mogelijkheden/maximale planologische mogelijkheden, voorzienbaarheid, overschrijding redelijke termijn
* Rechtbank Midden-Nederland 6 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5224: Awb, Wabo; omgevingsvergunning afwijken bpl, kantoor en vergaderruimte, aanleggen parkeerplaatsen, parkeerbeleid, parkeernorm, NEN1824, parkeerterkort, verkeerstaantrekkende werking, geluid, gebruik ’s nachts/weekenden, stemgeluid, woon – en leefklimaat
* Rechtbank Rotterdam 6 oktober 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:9277: BW; onrechtmatige daad, woonoppervlakte woning, meetinstructie/NEN 2580, verkoopbrochure, taxatierapport, bescherming (aspirant)kopers, schade, lagere verkoopprijs, omvang schade, eigen schuld
* Rechtbank Gelderland 5 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5457: Awb, Woningwet, Wm; afwijzing handhavingsverzoek, geluid, trillingen, visspeciaalzaak, laagfrequent geluid, Activiteitenbesluit milieubeheer, uitputtende regeling, trillingsbron, afzuiginstallatie, indicatieve geluidsmetingen, NSG-methodiek, geluidskoffer, ventilatoren
* Rechtbank Noord-Holland 5 oktober 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10379: Awb, Wabo; afwijzing omgevingsvergunning vellen houtopstand, 7:9 Awb, passeren gebrek, vergunningplicht, Boswet, Wnb, bebouwde kom, uitzondering bpl/normaal onderhoud, landschappelijke en natuurlijke waarden, gelijkheidsbeginsel, voorbereidingsprocedure
* Rechtbank Gelderland 5 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5458: Awb, Wm; afwijzing handhavingsverzoek, Activiteitenbesluit milieubeheer, geluid, trillingen, indicatieve geluidmetingen, NSG-methodiek, geluidskoffer, afzien trillingsonderzoek, representativiteit, ouderdom metingen, compressoren
* Rechtbank Midden-Nederland 5 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5331: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, dakterras, relativiteitsvereiste, bouwtekeningen/feitelijke situatie, nut en noodzaak, bestaand terras, gebruikers, belangenafweging, evidente privaatrechtelijke belemmering, toestemming VvE
* Rechtbank Den Haag 4 oktober 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15640: BW; korting geding, verbod, gemeente, parkeerterrein, bestuursrechter, omgevingsvergunning, parkeerbalans, Wabo, APV, Didam-arrest, verkeersbesluit, Wegenwet, onttrekkingsbesluit
* Rechtbank Midden-Nederland 2 oktober 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5328: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning wijzigen dakopbouw, beoordeling als nieuwe aanvraag, vertrouwensbeginsel, stedenbouwkundig advies, gelijkheidsbeginsel, verkennen eventuele oplossingsrichtingen
* Rechtbank Midden-Nederland 27 september 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5213: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, controle uitvoering vergunde werkzaamheden, belanghebbende, gevolgen van enige betekenis, mandelige tuinmuur
* Rechtbank Den Haag 25 september 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:15654: Awb, Wabo; weigering omgevingsvergunning, vergroten pand, dakopbouw, parkeerdruk, ouderdom gegevens, parkeertellingen, overgangsrecht, woon- en leefmilieu, openbare ruimte, afvalvoorziening, gelijkheidsbeginsel, einduitspraak na tussenuitspraak
* Rechtbank Noord-Holland 25 september 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10412: Awb, Gmw; vovo en kortsluiten, afwijzen handhavingsverzoek, geluid, warmtepomp, geluidnorm Bouwbesluit 2012, moment indienen verzoek/moment aanbrengen installatie, Algemene plaatselijke verordening, 4:6 Awb, bromtonen, onderling overleg, civiele rechter
* Rechtbank Amsterdam 20 september 2023, ECLI:NL:RBAMS:2023:6480: Awb, Hvw; bestuurlijke boete, vakantieverhuur, voorwaarden vergunning, vooraf melden, matigingsbeleid, proportionaliteitsbeleid, zwaarte/soort overtreding, hoogte boete/inkomsten, waarschuwing, maatwerk, matiging, te goeder trouw, overlast, financiële positie
* Rechtbank Noord-Holland 15 september 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10335: Awb, Wabo; omgevingsvergunning oprichten woning, bpl, tweede bouwvlak, kennelijke misslag, zeer uitzonderlijke situatie, rechtszekerheid
* Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch 13 september 2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:3070: Wed; overtreding Meststoffenwet, pluimveerechten, bij te kopen/bij te leasen, verhoging totale mestproductie, geldboete, straftoemeting, overschrijding redelijke termijn
* Gerechtshof ‘s-Hertogenbosch 13 september 2023, ECLI:NL:GHSHE:2023:3067: Sr; ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel, Meststoffenwet, investeringen emissievrije mestverwerkingsinstallatie, gevolgen verminderen/elimineren, betalingsverplichting, redelijke termijn, draagkrachtverweer
* Rechtbank Midden-Nederland 8 september 2022, ECLI:NL:RBMNE:2022:3654: Awb, Wabo, Woningwet; vovo, handhaving, bouw- en sloopstop, bekendmaking, vergunningvrije werkzaamheden, subbrandcompartiment, Bouwbesluit 2012, branddoorslag, brandoverslag, asbestverdacht sloopafval, belangenafweging, reikwijdte last
* Rechtbank Oost-Brabant 30 augustus 2023, ECLI:NL:RBOBR:2023:4421: BW; schoenenwinkel, wegwerkzaamheden, verklaring voor recht, aansprakelijkheid gemeente, onevenredige schade, Staat/Harrida, normale bedrijfsrisico, lange schaduw voorgenomen werkzaamheden, moment aankondigen werkzaamheden
* Rechtbank Noord-Holland 31 juli 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10242: Awb, Wabo; omgevingsvergunning vier woningen, hoorplicht, belanghebbende, appartementsrecht, evidente privaatrechtelijke belemmering, splitsingsakte, VvE, beleidsregels, woon- en leefklimaat, parkeren, CROW-normen, brandveiligheid, vertrouwensbeginsel
* Rechtbank Midden-Nederland 21 juli 2023, ECLI:NL:RBMNE:2023:5204: Awb, Wabo; omgevingsvergunning bouwen en afwijken bpl, tijdelijke vergunning, twee parasols, Bouwbesluit 2012, beweegbare constructieonderdelen, terrassennota, stroomvoorziening, tussenuitspraak
* Rechtbank Den Haag 19 juli 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:12377: BW; verklaring voor recht, onrechtmatig handelen, uitvaardiging PAS-wetgeving, onverbindend verklaren Programma Aanpak Stikstof, herroepen natuurvergunning, besluit van algemene strekking, begunstigend besluit, beslist in strijd met de wet/toedoen Staat, causaal verband, vergunningplicht, KDW, verklaring te onbepaald, uitspraak Afdeling
* Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba 5 april 2023, ECLI:NL:OGEAA:2023:236: BW; verklaring voor recht, erfdienstbaarheid, onrechtmatig handelen, in- en uitrit, toezegging, schadevergoeding, invoering (nieuw) BW, verjaring, bezitter/te goeder trouw, verkeersopvattingen, aanlegvergunning, andere bestuursrechtelijke beschikking, ROPV, vertrouwensbeginsel, hoofdregel Rv/bewijslast, egalitébeginsel, voorzienbaarheid,
* Rechtbank Oost-Brabant 20 januari 2022, ECLI:NL:RBOBR:2022:189: Awb, Msw; bestuurlijke boete, vervoer dierlijke meststoffen, lex certa-beginsel, nulla poena-beginsel, objectieve gegevens, strafrechtelijk onderzoek, samenloop, voortgezette handeling, WhatsApp-berichten, fictieve vrachten, gelijkheidsbeginsel, matiging boete, overschrijding redelijke termijn
# = betrokkenheid STAB
! = (nog) niet gepubliceerd
Bijzondere overwegingen
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3941: Awb, Wabo; revisievergunning, op- en overslag ammoniak, spoorketelwagons, raccordement, uitleg aanvraag, milieurapportage, zienswijze, wijziging ondergeschikte aard, voorschriften, rechtsonzeker, gevolgen milieu, Wm, Wabo, ongewone voorvallen (Rb Den Haag 19/2630)
3.1. Naar het oordeel van de Afdeling volgt uit de milieurapportage dat de aanvraag geen betrekking heeft op de activiteiten van OTE op het raccordement. Anders dan OTE ter zitting bij de Afdeling stelde, kan uit paragraaf 4.3.8 (“Raccordement”) van de milieurapportage niet worden afgeleid dat vergunning wordt gevraagd voor haar activiteiten op het raccordement. (…) Uit geen van de bij de aanvraag behorende stukken kan worden afgeleid dat OTE een vergunning heeft aangevraagd voor haar activiteiten op het raccordement. Dat OTE in de zienswijze heeft verzocht de activiteiten op het raccordement expliciet te vergunnen, maakt dit niet anders. Voor zover dat verzoek als aanvraag zou moeten worden aangemerkt, merkt de Afdeling op dat dit geen wijziging van ondergeschikte aard is die het college bij zijn besluit had moeten betrekken
3.2. (…) De Afdeling merkt ten overvloede op dat de wens van OTE dat aan haar revisievergunning voorschriften worden verbonden over het gebruik van het raccordement, erop neerkomt dat voor het raccordement verschillende vergunningen voor het in werking hebben van een inrichting zouden gelden, te weten de revisievergunning van OTE en de aan ETT verleende vergunningen. Zoals de Afdeling eerder heeft geoordeeld (bijvoorbeeld in de uitspraak van 1 juli 2015, ECLI:NL:RVS:2015:2081, onder 28.3), verdraagt deze omstandigheid zich niet met het systeem van de Wabo.
4.3. Voorschriften 1.6.1 en 1.6.2 leiden ertoe dat OTE bij een ongewoon voorval moet beoordelen of het (kort gezegd) grotere of juist kleinere (dreigende) gevolgen heeft, omdat dit van invloed is op de wijze waarop, bij welke instantie en binnen welk tijdsbestek zij het voorval moet aangeven of melden. De Afdeling is met de rechtbank van oordeel dat onvoldoende duidelijk is wanneer sprake is van grote of kleine (dreigende) gevolgen, en dus welk vergunningvoorschrift van toepassing is. De toelichtingen onder de voorschriften nemen deze onduidelijkheid niet weg. Daargelaten of een toelichting kan toe- of afdoen aan een voorschrift, geven de toelichtingen onder voorschriften 1.6.1 en 1.6.2 onvoldoende houvast om te beoordelen of (bijvoorbeeld) sprake is van een aanzienlijke emissie van stankverwekkende stoffen (waarbij voorschrift 1.6.1 van toepassing is), of juist een beperkte emissie van stankverwekkende stoffen, of een aanmerkelijke overschrijding van toegestane emissies door processtoringen (waarbij voorschrift 1.6.2 van toepassing is). De mededeling van het college dat OTE bij twijfel over de omvang van de gevolgen een aangifte als bedoeld in voorschrift 1.6.1 kan doen, doet evenmin eraan af dat de voorschriften rechtsonzeker zijn.
4.4. De Afdeling overweegt verder dat het begrip “gevolgen voor het milieu” als bedoeld in de Wabo en de Wm uitsluitend gaat over gevolgen buiten de inrichting. Dit geldt naar zijn aard ook voor het begrip “milieugevolgen” in de vergunningvoorschriften. Zowel het college als OTE gaan echter ervan uit dat de voorschriften mede zien op gevolgen die zich uitsluitend binnen de inrichting (kunnen) voordoen. Het college heeft de voorschriften namelijk uitdrukkelijk zo bedoeld. De Afdeling zal de rechtmatigheid van de voorschriften hierna beoordelen uitgaande van die bedoeling. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen, worden in het kader van vergunningverlening krachtens de Wm uitsluitend de (mogelijke) gevolgen van het in werking zijn van die inrichting buiten de grenzen van de inrichting beoordeeld (zie bijvoorbeeld de uitspraak van 10 november 2004, ECLI:NL:RVS:2004:AR5418). Er is geen aanleiding om thans onder de Wabo anders te oordelen. Ook de regeling in titel 17.1 van de Wm over ongewone voorvallen heeft uitsluitend betrekking op ongewone voorvallen met (dreigende) milieugevolgen die zich gelet op de systematiek van de wet per definitie buiten de inrichting voordoen (zie de uitspraak van de Afdeling van 18 juli 2000, nr. E03.98.0496, te vinden in M en R 2000, 176K, JM 2000/140 en AB 2001, 30). De rechtbank heeft dus terecht geconcludeerd dat de voorschriften 1.6.1 en 1.6.2 onrechtmatig zijn, omdat zij OTE ertoe verplichten om ongewone voorvallen zonder enig milieugevolg buiten haar inrichting te melden. De verwijzing naar artikel 17.2, vierde lid, van de Wm leidt niet tot een ander oordeel. Deze bepaling houdt (kort gezegd) in dat het bevoegd gezag een afwijkend meldingsregime kan voorschrijven voor categorieën van voorvallen waarvan de nadelige gevolgen voor het milieu niet significant zijn. Deze bepaling gaat dus niet over het volledig ontbreken van nadelige milieugevolgen buiten de inrichting. Uit de memorie van toelichting kan evenmin worden afgeleid dat het college (in weerwil van de systematiek van de Wm) bij vergunningvoorschrift een meldingsplicht kan opnemen voor ongewone voorvallen zonder enig milieugevolg buiten de inrichting.
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3954: Awb, Wabo, Gmw; handhaving, dwangsom, logiesaccommodatie, schip, geen omgevingsvergunning, uitleg bpl, overnachten, verband functie scheepswerf/jachthaven, windturbinepark, doeleindenomschrijving, functioneel overtreder, Drijfmeer-arrest, matigen hoogte dwangsom, financieel voordeel, invorderingsbesluit (Rb Noord-Holland 21/3324)
5.2. De rechtbank heeft verder terecht geen grond gevonden voor het oordeel dat [appellante] niet als overtreder in de zin van artikel 5:1, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) kan worden aangemerkt. Weliswaar is [appellante] niet degene die [accommodatieschip] in strijd met artikel 18 van het bestemmingsplan gebruikt voor het verstrekken van logies aan werknemers, maar naar het oordeel van de Afdeling kan [appellante] als functioneel pleger van het met het bestemmingsplan strijdige gebruik van [accommodatieschip] worden aangemerkt. Ingevolge artikel 5:1, tweede lid, van de Awb wordt onder overtreder verstaan degene die de overtreding pleegt of medepleegt. Volgens vaste jurisprudentie van de Afdeling is overtreder in de eerste plaats degene die de verboden handeling fysiek verricht. Voor beantwoording van de vraag of een ander dan degene die de verboden handeling fysiek verricht als functionele pleger van de overtreding kan worden aangemerkt, is de Afdeling aangesloten bij de criteria van de Hoge Raad voor de toerekening van verboden gedragingen aan rechtspersonen, waarbij van belang is of een gedraging heeft plaatsgevonden in de sfeer van de rechtspersoon. Daarvan kan sprake zijn indien zich een of meer van de navolgende omstandigheden voordoen:
a) het gaat om een handelen of nalaten van iemand die hetzij uit hoofde van een dienstbetrekking hetzij uit anderen hoofde werkzaam is ten behoeve van de rechtspersoon,
b) de gedraging past in de normale bedrijfsvoering of taakuitoefening van de rechtspersoon,
c) de gedraging is de rechtspersoon dienstig geweest in het door hem uitgeoefende bedrijf of in diens taakuitoefening,
d) de rechtspersoon vermocht erover te beschikken of de gedraging al dan niet zou plaatsvinden en zodanig of vergelijkbaar gedrag werd blijkens de feitelijke gang van zaken door de rechtspersoon aanvaard of placht te worden aanvaard, waarbij onder bedoeld aanvaarden mede begrepen is het niet betrachten van de zorg die in redelijkheid van de rechtspersoon kon worden gevergd met het oog op de voorkoming van de gedraging. Vergelijk ook de uitspraak van de Afdeling van 31 mei 2023, ECLI:NL:RVS:2023:2067 en het arrest van de Hoge Raad van 21 oktober 2003, ECLI:NL:HR:2003:AF7938 (Drijfmest-arrest), zoals verduidelijkt in het arrest van de Hoge Raad van 26 april 2016, ECLI:NL:HR:2016:733.
[appellante] is eigenaar van [accommodatieschip]. Het ter beschikking stellen van dit hotelschip met 85 hutten als zelfvoorzienende logiesaccommodatie past in de normale bedrijfsvoering van [appellante]. [appellante] heeft [accommodatieschip] zelf naar de kade versleept en daar afgemeerd. Uit de met [bedrijf] gesloten overeenkomst van gebruik van 30 augustus 2020 blijkt dat [accommodatieschip] ter beschikking wordt gesteld om deze in gebruik te nemen als hotelschip en dat [appellante] zal zorgdragen voor de daarvoor benodigde vergunningen en verzekeringen. Aangezien [bedrijf] voor het gebruik een vergoeding verschuldigd was, was de verboden gedraging in zoverre dienstig aan [appellante]. De gebruiksovereenkomst is namens beide vennootschappen ondertekend door [persoon], enig aandeelhouder en directeur van FXX-K Holding B.V., waar beide vennootschappen onder vallen. Ook uit de omstandigheden dat [appellante] vanaf medio 2019 met de gemeente in gesprek was over het mogelijk maken van de logiesaccommodatie voor tijdelijke arbeidskrachten en dat zij de aanvraag om omgevingsvergunning daartoe heeft ingediend, blijkt dat zij actief betrokken was bij het in gebruik nemen van [accommodatieschip] als logiesaccommodatie voor tijdelijke arbeidskrachten. Gelet op het voorgaande kon [appellante] er over beschikken of het met het bestemmingsplan strijdige gebruik kon plaatsvinden en heeft zij, in de wetenschap waarvoor [accommodatieschip] zou worden gebruikt, ook aanvaard dat de verboden gedraging zou plaatsvinden. Daarom is de Afdeling van oordeel dat [appellante] als functioneel pleger aangemerkt kan worden.
5.3. [appellante] had het als eigenaar van [accommodatieschip] verder in haar macht om de overtreding ongedaan te maken. De contractuele verhouding van [appellante] met de exploitant [bedrijf] vormt geen beletsel om de last uit te voeren. De Afdeling verwijst hiervoor naar haar uitspraken van 11 augustus 2021, ECLI:NL:RVS:2021:1793, en 26 april 2022, ECLI:NL:RVS:2022:1244. Dat [appellante] de exploitant alleen kon dwingen om het gebruik te staken door de tussen hen gesloten overeenkomst van gebruik te laten ontbinden of vernietigen, komt voor haar risico. Het betoog faalt.
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3957: Awb, Wabo; omgevingsvergunning, zestien appartementen, niet tijdig nemen besluit, herroepen besluit, voorbereidingsprocedure, ingebrekestelling prematuur (Rb Noord-Nederland 21/1401)
4.1. In de rechtbankuitspraak heeft de rechtbank geoordeeld dat het college niet bevoegd was om met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo in samenhang bezien met artikel 4, aanhef en onderdeel 4, van bijlage II van het Bor van het bestemmingsplan af te wijken. Dat gebrek kleeft zowel aan het besluit van 1 april 2021 als aan het besluit van 24 april 2020. De rechtbank heeft vervolgens zelf in de zaak voorzien door deze besluiten te vernietigen respectievelijk te herroepen. De Afdeling gaat er vanuit dat de rechtbank het besluit van 24 april 2020 heeft herroepen, zodat alsnog de uitgebreide voorbereidingsprocedure zou worden gevolgd volgens artikel 3.10, eerste lid, onder a, van de Wabo. De vraag binnen welke termijn het college ter uitvoering van de rechtbankuitspraak een nieuw besluit op de aanvraag moest nemen, moet – gelet op het voorgaande – worden beantwoord aan de hand van de voor de uitgebreide voorbereidingsprocedure geldende termijnen. Wat [appellant] aanvoert over de toepasselijkheid van artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 2°, van de Wabo in samenhang bezien met artikel 4, aanhef en onderdeel 9, van bijlage II van het Bor, maakt dit niet anders, omdat in deze procedure over het niet tijdig nemen van een besluit ter uitvoering van de rechtbankuitspraak, die uitspraak bepalend is.
* ABRvS 25 oktober 2023, ECLI:NL:RVS:2023:3952: Awb, Wro; bpl, woningen, winkels, school, VvE, omwonenden, aantasting woongenot, windhinder, planregeling, NEN 8100, noodzaak windonderzoek, einduitspraak na tussenuitspraak
4. De Afdeling stelt vast dat hiermee is vastgelegd dat de vergunning wordt geweigerd als niet voldaan is aan een aanvaardbaar windklimaat en dat ook is vastgelegd wanneer een windklimaat niet meer aanvaardbaar is. Daarmee is aan de opdracht in de tussenuitspraak voldaan. VvE “Lof4You” en anderen hebben in hun zienswijze over het herstelbesluit nog naar voren gebracht dat de raad zich ervan had moet vergewissen dat het plan uitvoerbaar is en dus hoe dan ook een windonderzoek had moeten uitvoeren. Verder betoogt zij dat ook voor gebouwen lager dan 30 m een windonderzoek noodzakelijk is. De Afdeling overweegt dat VvE “Loft4You” en anderen niet aannemelijk hebben gemaakt dat de windhinder zo ernstig zal zijn, dat het plan op geen enkele wijze kan worden uitgevoerd. Verder hebben VvE “Loft4You” en anderen niet inzichtelijk gemaakt dat de situatie ter plaatse zodanig is dat de raad niet redelijkerwijs het standpunt heeft mogen innemen dat voor gebouwen lager dan 30 m voorafgaand aan het vaststellen van het plan geen windonderzoek hoefde te worden uitgevoerd. Het beroep van rechtswege tegen het besluit van 19 juli 2023 is ongegrond.
* Rechtbank Rotterdam 16 oktober 2023, ECLI:NL:RBROT:2023:9795: Awb, Huisvestingswet; vergunning, gemeentelijke huisvestingsverordening, positieve invloed woonmilieu en leefbaarheid, vrijwilligerswerk, huurovereenkomst, te vrijblijvend, intentie/daadwerkelijk verrichten
7.6. Naar het oordeel van de rechtbank staat met deze huurovereenkomsten onvoldoende vast dat de kamerbewoning een positieve invloed heeft op de leefbaarheid in de buurt. Deze bepalingen in de huurovereenkomsten zijn te vrijblijvend geformuleerd om er op voorhand vanuit te kunnen gaan dat de studenten daadwerkelijk vrijwilligerswerk zullen verrichten. Het enkel hebben van een intentie tot het verrichten van vrijwilligerswerk betekent niet dat dit ook daadwerkelijk wordt gedaan. Het college heeft ter zitting uitgelegd dat het aan de vergunninghouder is om erop toe te zien dat de studenten het vrijwilligerswerk verrichten en dat dit ten goede komt aan de wijk. Het college heeft daar geen zicht op en handhaaft niet. Eiseres stelt dat de vergunninghouder geen belang heeft bij het houden van toezicht op het al dan niet uitvoeren van het vrijwilligerswerk door de studenten, zolang het college hier geen consequenties aan verbindt. Eiseres stelt overlast te ondervinden door de studentenhuisvesting en ziet geen vrijwilligerswerk plaatsvinden. Voor eiseres en/of andere belanghebbenden is het vrijwel onmogelijk te controleren of en waar de studenten vrijwilligerswerk verrichten. Naar het oordeel van de rechtbank heeft college met de enkele vaststelling dat de huurovereenkomsten een clausule over de intentie tot het verrichten van vrijwilligerswerk bevatten, zich niet op het standpunt kunnen stellen dat de vergunde kamerbewoning een positieve invloed op het woonmilieu en de leefbaarheid in de buurt heeft.
* Rechtbank Gelderland 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5596: Awb, Wnb; afwijzing aanvraag natuurvergunning, intern salderen, Rav, stalsystemen, CBS rapport, emissies onzeker, passende beoordeling, systematiek AERIUS, afronding/twee decimalen, referentiesituatie, verkeersbewegingen, uitgangspunten, worst case/reëel en aannemelijk
9.2. De rechtbank is van oordeel dat uit de natuurvergunning duidelijk blijkt dat de uiteindelijke toename ten opzichte van de referentiesituatie 0,00 mol per hectare per jaar is. Daar gaat het bij intern salderen om.2 Dat bij een gemelde stijging van 0,37 naar 0,38 mol per hectare per jaar het verschil toch 0,00 kan zijn, is inherent aan de systematiek van AERIUS die de depositiebijdragen van een project afrondt op twee decimalen. Een berekende depositie van 0,374 wordt in die systematiek afgerond naar 0,37, terwijl een berekende depositie van 0,375 wordt afgerond naar 0,38. Het gaat echter niet om die afgeronde getallen, maar om het berekende verschil tussen de deposities. Dat verschil is in dit voorbeeld slechts 0,001, dat naar beneden wordt afgerond naar 0,00. Omdat van belang is of de deposities op twee decimalen gelijk blijven of verminderen ten opzichte van de referentiesituatie, kan in zoverre dus wel intern worden gesaldeerd. De beroepsgrond slaagt niet.
Uitgangspunten referentiesituatie
10.1. Eisers voeren aan dat het college onterecht de activiteiten “eigen tractoren”, “een minishovel”, “vrachtwagens van derden”, “tractoren van de loonwerker” en “een shovel van de loonwerker” en een “gasgestookte verwarmingsinstallatie” heeft meegerekend in de referentiesituatie, want deze activiteiten staan niet expliciet in de natuurvergunning van 17 januari 2018 die is gebruikt als referentiesituatie. Deze activiteiten maken ook geen onlosmakelijk onderdeel uit het van het destijds vergunde project. Als al impliciet vergunde activiteiten kunnen worden betrokken, dan moet dat ‘worst case’ worden beoordeeld. (…)
10.2. De rechtbank is van oordeel dat het college de activiteiten mocht meenemen in de referentiesituatie. Een natuurvergunning voor een veehouderij moet namelijk worden geacht ook te zijn verleend voor de daarmee gepaard gaande verkeersbewegingen, die een direct gevolg zijn van het project. Of die vergunning al dan niet volledig is, hoort in die procedure thuis.3 Dat bij het in kaart brengen van de referentiesituatie niet van elektrisch materieel of van het houden van dieren zonder gas te stoken is uitgegaan, betekent niet dat de berekening niet deugt, want de uitgangspunten van een stikstofberekening zijn niet ‘worst case’, maar moeten reëel en aannemelijk zijn.4 Door alleen in algemene zin te stellen dat elektrisch materieel had kunnen worden ingezet of elektrisch verwarmde stallen hadden kunnen worden gebruikt en dat dit ten tijde van de vergunningverlening ook daadwerkelijk mogelijk was, is de rechtbank er niet van overtuigd dat de gehanteerde uitgangspunten voor dit project niet reëel en aannemelijk zijn. De beroepsgrond slaagt niet.
* Rechtbank Gelderland 12 oktober 2023, ECLI:NL:RBGEL:2023:5605: Awb, Wabo, Gmw; afwijzing handhavingsverzoek, paardenbak, paddock, 4:6 Awb, herhaalde aanvraag, nieuw gebleken feiten, veranderde omstandigheden, nader onderzoek/intensiteit gebruik, stilzitten bestuursorgaan, concreet zicht op legalisering/ontwerpvergunning, evident onredelijk
10.3. De rechtbank stelt vast dat de uitspraak van de rechtbank van 16 februari 2021 er niet toe heeft geleid dat de aanvraag om een omgevingsvergunning van de heer [F] door middel van de uitgebreide voorbereidingsprocedure is voortgezet. Op de zitting is aan de orde geweest dat door de aanvrager geen (aanvullende) ruimtelijke onderbouwing is ingediend en dat van de zijde van het college geen actie is ondernomen om de aanvraag in die zin te laten aanvullen danwel een ontwerpbesluit te nemen. De rechtbank stelt vast dat door het stilzitten van het bestuursorgaan een situatie wordt gecreëerd waarbij niet handhavend wordt opgetreden omdat het vergunningstraject nog steeds loopt terwijl anderzijds geen enkele actie wordt ondernomen om het vergunningstraject af te ronden. Door deze handelswijze worden anderen, zoals eisers, benadeeld.
10.4. Bovendien kan aan het volgende niet voorbij worden gegaan. Nu voor legalisering van de illegale situatie een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder c, en 3, van de Wabo vereist is, is, anders dan het college heeft gesteld ten tijde van de aanvraag om handhaving (en overigens nog steeds voortdurend) door het enkel indienen van een aanvraag geen sprake meer van een concreet zicht op legalisatie en geldt de beginselplicht tot handhaving. De rechtbank verwijst hiertoe naar de rechtspraak van de Afdeling waaruit volgt dat voor een concreet zicht op legalisatie van met het bestemmingsplan strijdig gebruik ten minste al een ontwerpvergunning ter inzage moet zijn gelegd. 6 Hiervan is in het voorliggende geval geen sprake. Onder deze omstandigheden is de rechtbank van oordeel dat het besluit op de herhaalde aanvraag evident onredelijk is en komt het besluit ook op die grond voor vernietiging in aanmerking.
* Rechtbank Noord-Holland 5 oktober 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10379: Awb, Wabo; afwijzing omgevingsvergunning vellen houtopstand, 7:9 Awb, passeren gebrek, vergunningplicht, Boswet, Wnb, bebouwde kom, uitzondering bpl/normaal onderhoud, landschappelijke en natuurlijke waarden, gelijkheidsbeginsel, voorbereidingsprocedure
8. Eiseres heeft aangevoerd dat niet verweerder maar op grond van hoofdstuk 4 van de Wet natuurbescherming (Wnb) het college van gedeputeerde staten van de provincie Noord-Holland het bevoegde gezag is, omdat de locatie buiten de bebouwde kom valt. De rechtbank overweegt dat hoofdstuk 4 van de Wnb is ingevoerd ter vervanging van de Boswet en stelt vast dat artikel 15 van de Boswet bepaalde dat de gemeenteraad in beginsel niet bevoegd was regels te stellen ter bewaring van bossen en andere houtopstanden welke niet gelegen zijn binnen een bebouwde kom. In de Wnb ontbreekt een soortgelijke bepaling. Uit de geschiedenis van de totstandkoming van de Wnb blijkt dat de wetgever er uitdrukkelijk voor heeft gekozen om artikel 4.6, waarin een vergelijkbare bevoegdheidsafbakening stond, niet in werking te laten treden (Kamerstukken II 2016-2017, 33 348, nr. 192, blz. 6). De rechtbank ziet daarom geen grond om de vergunningsplicht uit het bestemmingsplan in strijd met de Wnb te achten. Dat betekent dat deze beroepsgrond niet slaagt.
12. De rechtbank overweegt ambtshalve het volgende. Verweerder heeft de aanvraag voor een omgevingsvergunning als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wabo afgewezen op grond van artikel 2.11, eerste lid, van de Wabo, omdat niet is voldaan aan de in het bestemmingsplan neergelegde voorwaarden voor verlening van de vergunning. Op grond van artikel 2.11, tweede lid, van de Wabo had de aanvraag mede aangemerkt moeten worden als een aanvraag om een omgevingsvergunning voor afwijking van het bestemmingsplan als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c, van de Wabo. Een dergelijke vergunning kan worden verleend in de drie gevallen die in artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo worden vermeld, mits de te vergunnen activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. In deze zaak zijn de eerste twee vermelde gevallen niet van toepassing. In zijn besluitvorming heeft verweerder de aanvraag niet uitdrukkelijk aan artikelen 2.11, tweede lid, en 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo getoetst. Het standpunt van verweerder daarover ligt echter wel besloten in de motivering van de besluitvorming. Gelet op artikel 6:22 van de Awb, ziet de rechtbank daarom geen aanleiding om het bestreden besluit wegens de motivering ervan te vernietigen. Zoals ook volgt uit hetgeen verweerder op de eerste zitting heeft toegelicht, valt niet in te zien hoe een activiteit die onevenredige, blijvende schade aan de aanwezige landschappelijke en natuurlijke waarden toebrengt, niet in strijd met een goede ruimtelijke ordening kan zijn. In het licht daarvan acht de rechtbank ook de weigering van een vergunning voor afwijking van het bestemmingsplan niet onredelijk. Omdat een vergunning voor afwijking van het bestemmingsplan in deze zaak slechts gebaseerd had kunnen worden op artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, aanhef en onder 3°, van de Wabo, had de aanvraag van eiseres op grond van artikel 3.10, eerste lid, aanhef en onder a, van de Wabo echter moeten worden beoordeeld met toepassing van de uitgebreide voorbereidingsprocedure vervat in afdeling 3.4 van de Awb. Dat betekent dat verweerder bij de beoordeling van de omgevingsvergunning een onjuiste voorbereidingsprocedure heeft gevolgd. De rechtbank ziet echter aanleiding om ook dit gebrek met toepassing van artikel 6:22 van de Awb te passeren, omdat aannemelijk is dat belanghebbenden daardoor niet zijn benadeeld. (…)
* Rechtbank Den Haag 19 juli 2023, ECLI:NL:RBDHA:2023:12377: BW; verklaring voor recht, onrechtmatig handelen, uitvaardiging PAS-wetgeving, onverbindend verklaren Programma Aanpak Stikstof, herroepen natuurvergunning, besluit van algemene strekking, begunstigend besluit, beslist in strijd met de wet/toedoen Staat, causaal verband, vergunningplicht, KDW, verklaring te onbepaald, uitspraak Afdeling
5.5.1 Het gaat in deze zaak om een begunstigend besluit van GS – de natuurvergunning – dat is herroepen omdat het besluit van algemene strekking van de Staat waarop dat begunstigende besluit mede gebaseerd was, onverbindend is verklaard wegens strijd met de Habitatrichtlijn. Het is dus door toedoen van de Staat dat GS in strijd met de wet hebben beslist. In dergelijke gevallen kan de aanvrager van het herroepen besluit op grond van onrechtmatige daad aanspraak maken op vergoeding van de schade die hij daardoor lijdt, mits het bestuursorgaan dat het begunstigende besluit heeft genomen ook een begunstigend besluit zou hebben genomen indien het wel meteen overeenkomstig de wet zou hebben beslist (vgl. HR 3 juni 2016, ECLI:NL:HR:2016:1112 (Hengelo/Wevers), r.o. 3.5.2; HR 25 september 2020, ECLI:NL:HR:2020:1510 (X/Gemeente Sluis), r.o. 3.3). In deze zaak komt het bij de beoordeling van het causaal verband dus aan op de vraag welk rechtmatig besluit GS zouden hebben genomen op de aanvraag van [de Maatschap] van 6 november 2015.
5.5.2. De vergunningsplicht van artikel 19d, eerste lid, van de Nbw 1998 is niet onverbindend verklaard, dus het project waarvoor [de Maatschap] een vergunning aanvroeg was en is (inmiddels op grond van artikel 2.7 lid 2 Wnb) vergunningsplichtig.
5.5.3. Het bedrijf van [de Maatschap] ligt in de buurt van vijf Natura 2000-gebieden; drie van deze gebieden liggen zo dichtbij dat zij zeker relevant waren bij de beoordeling van de aanvraag voor de Natuurvergunning: het Boetelerveld ligt op ongeveer 6 kilometer van het bedrijf; de Sallandse Heuvelrug op ongeveer 11 kilometer en het Vecht- en Beneden Reggegebied op ongeveer 14 kilometer. In al deze gebieden was in 2015 al sprake van een overbelasting met stikstof ten opzichte van de Kritische Depositie Waarde (KDW). Het is daarom niet waarschijnlijk dat er ‘zomaar’ ruimte zou zijn voor de activiteiten waarvoor [de Maatschap] de Natuurvergunning aanvroeg. [de Maatschap] moet daarom onderbouwen waarom hij denkt dat die ruimte er zonder het PAS wel was geweest..
5.8. De rechtbank wijst de gevorderde verklaring voor recht af.
5.8.1. Ten eerste is de gevraagde verklaring inderdaad te onbepaald: niet alle onderdelen van het PAS zijn immers onverbindend verklaard, en niet alle onverbindend verklaarde onderdelen van het PAS hebben een rol gespeeld bij het herroepen van de Natuurvergunning van [de Maatschap] .
5.8.2. Daarbij komt dat de Afdeling ten aanzien van de voor de natuurvergunning relevante Bijlage 2 bij het PAS al heeft geoordeeld dat deze in strijd is met de Habitatrichtlijn. [de Maatschap] heeft niet onderbouwd wat zijn belang is bij een afzonderlijke verklaring voor recht daaromtrent door de civiele rechter. Een onderbouwing voor dat belang is temeer nodig nu niet is gebleken dat [de Maatschap] door (het onverbindend verklaren van) Bijlage 2 bij het PAS schade heeft geleden.
# = betrokkenheid STAB
! = (nog) niet gepubliceerd
Samenvattingen van jurisprudentie op STAB-site
Op de website van STAB wordt recente jurisprudentie ook samengevat.
De volgende uitspraken zijn deze week nieuw geplaatst:
Rb Amsterdam 4 oktober 2023 Handhaving, extensief recreatief medegebruik, feitelijk gebruik van de ruimte, zwemmen nabij een steiger in dit geval niet aan te merken als extensief recreatief medegebruik.
Rb Noord-Nederland 13 september 2023 Omgevingsvergunning milieu, bevoegdheid om strengere emissiegrenswaarden op te leggen, ondanks het feit dat de aangevraagde emissiegrenswaarden zijn gelegen binnen de BBT-range
ABRvS 27 september 2023 Omgevingsvergunning bouwen, twee percelen kunnen niet als één bouwperceel in de zin van het bestemmingsplan worden beschouwd omdat voor beide percelen niet hetzelfde bestemmingsplan geldt