Wijziging van toegestaan gebruik van een perceel en in het bijzonder van de doelgroepen die op het perceel mogen verblijven onvoldoende meegewogen in advies.

Casus

[Appellant sub 2] is eigenaar van een woning aan de [locatie] in Escharen. Op 30 april 2014 is het bestemmingsplan ‘Generaal de Bonskazerne Velp’; in werking getreden, waarmee op de gronden ten westen van zijn perceel een asielzoekerscentrum (hierna: AZC) mogelijk is gemaakt. Voorheen mochten de gronden voor militaire doeleinden worden gebruikt en was er een kazerne op de gronden gevestigd. Volgens [appellant 2] is de waarde van zijn woning als gevolg van deze planologische wijziging gedaald. Hij heeft het college daarom verzocht om een tegemoetkoming in de schade.

In hoger beroep voert appellant aan dat de overlast in de nieuwe situatie vele malen groter is dan in de oude situatie. In het advies is de overlast die hij ervaart ten onrechte niet betrokken. Daarbij wijst hij erop dat het perceel in de nieuwe situatie 24 uur per dag wordt gebruikt door ruim 600 bewoners met een ander woon- en leefpatroon dan de militairen die er eerst gehuisvest waren. Ter zitting heeft [appellant sub 2] er in dit kader nog op gewezen dat het plangebied in de nieuwe situatie wordt gebruikt door een wezenlijk andere doelgroep, wat meer hinder met zich brengt, en wat volgens hem in het advies onvoldoende is onderkend.

Rechtsvraag

Is in het besluit de verandering van het toegestane gebruik en in het bijzonder van de doelgroepen die op het perceel mogen verblijven voldoende meegewogen?

Uitspraak

De Afdeling is van oordeel dat de conclusie in het advies dat slechts sprake is van een geringe toename van overlast hiermee onvoldoende is onderbouwd. In de eerste plaats kan uit het advies niet worden afgeleid of en in welke mate het aantal toegestane personen op het perceel is toegenomen. Uit de toelichting van het nieuwe plan volgt dat op het perceel ongeveer 600 asielzoekers kunnen worden ondergebracht. Onduidelijk is of het aantal militairen dat permanent op het perceel aanwezig kon zijn daarmee vergelijkbaar is. Verder wijst [appellant 2] er terecht op dat in het advies niet is ingegaan op de wijziging van de aard van het op het perceel toegestane gebruik en in het bijzonder van de doelgroepen die op het perceel mogen verblijven. Weliswaar is bij de planvergelijking, zoals hiervoor overwogen in overweging 7.1, niet de feitelijke overlast waarop [appellant 2] wijst van belang, maar dat doet er niet aan af dat de wijziging van het toegestane gebruik ertoe kan leiden dat een toename van overlast te verwachten is. Nu de aard van het gebruik in dit geval wezenlijk is gewijzigd, had deze omstandigheid in het advies betrokken moeten worden. Daarbij is van belang dat op grond van het nieuwe plan gezinnen met kinderen permanent ter plaatse mogen verblijven, terwijl op voorhand niet valt uit te sluiten dat dit voor [appellant  2] kan leiden tot meer overlast dan de overlast die op grond van het oude planologische regime maximaal kon worden ondervonden. Dit maakt dat het betoog slaagt.

Rechtelijke Instantie : Raad van State
Datum Uitspraak : 08-06-2022
Eclinummer : ECLI:NL:RVS:2022:1610
Odile Scholte